5. Immers, sinds de aanleg van de grachtengordel zijn nu twee eeuwen verlopen en in nagenoeg hetzelfde gebied speelt zich thans een volko men ander leven af dan toen. Wat weleer ge heel Amsterdam was, waar alle standen van de bevolking van 200.000 inwoners hun woon plaats vonden en het gehele bedrijf van handel en nijverheid van een 18-eeuwse koopmans stad was gevestigd en waar ook alle andere activiteiten, op bestuurlijk, cultureel en gods dienstig gebied, plaats vonden, is nu het cen trum van een groeiende stad van bijna 900.000 inwoners. In dit centrum zijn 150.000 a 200.000 personen in velerlei bedrijven werkzaam. 6. De stad binnen de Singelgracht heeft een stij gende bevolking gekend, die op het eind van de 19e eeuw haar top bereikte met 255.000 inwo ners De oude staddie heden nog slechts onge veer 140.000 inwoners bevat, is nu groten deels city. Zij heeft sinds het begin van deze eeuw een ontvolkingsproces doorgemaakt; het aantal als woning gebruikte huizen is sterk verminderd; het gebruik van de bebouwing is veranderd; instellingen en bedrijven bepalen thans veel meer dan voorheen het karakter van de oude stad. 7. Niet alleen de functie van de oude stad is ver anderd, ook het maatschappijbeeld wijzigde zich. Geheel andere productiemethoden en sterk gemechaniseerde vervoer- en communi catiemiddelen hebben hun intrede gedaan en de oude verdrongen. De grachtën, weleer een belangrijk element voor het goederenver voer in de stad, hebben deze functie gro tendeels verloren. 8. Het is daarom niet te verwonderen, dat de vraagstukken van de binnenstad, waarvoor in alle grote steden van de wereld slechts gedeel telijk een oplossing kan worden gevonden, in Amsterdam, in verband met de verantwoor delijkheid voor het behoud van de stedelijke schoonheid, wel uitzonderlijke moeilijkheden bieden. nenstad wonen, en hoeveel deelnemen aan de dage lijkse migratie. Men mag verlangen dat op dit punt een wetenschappelijk verantwoorde analyse wordt ge maakt; het vraagstuk is te ernstig, dan dat voor fun damentele gegevens met schattingen kan worden vol staan. 6. De mening dat de oude stad „grotendeels cityzou zijn, is niet geheel aanvaardbaarwerkelijk als city zijn o.i. slechts te beschouwen Damrak-Rokin, Nieuwendijk-Kalverstraat, N.Jjj. Voorburgwal, Spui straat, de omgeving van Konings- en Muntplein, Rembrandts- en Leidseplein en de verbindende straten en grachten. Zie ook onze commentaar op 1, alinea 12. De ontvolking is ten dele onvermijdelijk geweest door de opruiming van krot- en kelderwoningen en andere, in de 19de eeuw gegroeide misstanden. Daarnaast heeft het, jarenlang, ontbreken van een positief restauratie- beleid veel kostbare woonruimte nodeloos doen verloren gaan. 7. Is het economisch en stedebouwkundig verantwoord, dit voortreffelijk net van waterwegen ongebruikt te laten, gezien de schade die door overbelasting van het stratennet ontstaat? Wordt het waterverkeer in de binnenstad bevorderd? Worden er maatregelen over wogen zwaar vervoer zo veel mogelijk te water af te wikkelen? Is voldoende onderzocht, in hoeverre over lading van auto in schip althans voor een deel van het vrachtvervoer dat op de binnenstad is gericht, in aan merking komt? 61 De N. Z. Voorburgwal in 1882 naar schilderij van J. C. Greive Een levendig stadsbeeld, waarin het Paleis domineert. De N. Z. Voorburgwal thans: de steenwoestijn, foto J. E. dc Haas

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1955 | | pagina 17