3
terecht of ten onrechte aangevoerde z.g. wettelijke
bezwaren. Het is dan ook van het grootste belang,
dat ieder, die meent, dat ergens de tussenkomst
van Heemschut gewenst kan zijn, tijdig, zo moge
lijk zeer tijdig, waarschuwt. Heemschut staat in alle
omstandigheden paraat, ook in spoedeisende ge
vallen, doch het is wenselijk het haastwerk zoveel
mogelijk te beperken. Rustige overweging vormt
een betere basis voor onze acties dan haast!
Niettemin blijft het een onwaardige toestand, dat
aan lichamen als Heemschut geen plaats is inge
ruimd bij de behandeling van geschillen inzake de
uitvoering van de Woningwet. Het gaat toch niet
aan, dat men deskundige lichamen, vertegenwoor
digende, bepaalde, weliswaar ideele belangen der
burgerij, met een beroep op de wet rustig op zij
kan schuiven. Wij blijven een verbetering van deze
toestand bepleiten, en koesteren de hoop, dat men
bij de herziening en uitbreiding van de Woning
wet tot Ruimtewet aan deze misstand voldoende
aandacht zal wijden.
Tenslotte willen we eindigen met de hoop uit te
spreken, dat personen en instellingen, aangesloten
bij Heemschut, voor eigen acties profijt zullen
kunnen vinden in dit artikel. Daarmede zal het
verschijnen van deze min of meer administratief
rechtelijke beschouwing in ons orgaan gerecht
vaardigd zijn.
EEN OUDE BOERDERIJ TE WARTENA
De imposante Friese boerderij is
uit vrij bescheiden vormen ont
staan, en wel doordat de hooiberg
of de landbouwschuur vastgroeide
aan het complex van stal en
woonhuis.
Het hoogste deel, de tas of hooi
berg liet zijn dak over de lagere
bouwsels dalen en zo ontstond het
machtige dak van de Friese stelp.
Deze ontwikkeling zet in om
streeks 1600, maar niet overal is
de nieuwe vorm grif aanvaard,
getuige een achttiende-eeuws boer
derijtje te Wartena (Idaardera-
deel), waar de hooiberg nog los
van de schuur staat.
Uilkema, die de ontdekker van
«t\V,
deze ontwikkeling was, beriep zich
op een in 1934 afgebrand huis; het
boerderijtje in Wartena is een
soortgelijk huis, alleen nog iets een
voudiger van opzet. Het staat (zo
als tal van belangrijke gebouwen)
niet op de Monumentenlijst en is,
ingevolge de gebrekkige struc
tuur van de tijdelijke Monumen
tenwet, niet beschermd.
Het bleek dan ook niet mogelijk,
een verbouwing van het gebouw
tje te verhinderen.
Een hoogst belangrijk document
voor de geschiedenis van de
Friese boerderij gaat daarmede
verloren.
C. F. J.
14