plannen zijn ons vertrouwelijk ter kennis gebracht
en hebben onze belangstelling.
Restauraties
In Amsterdam trok het onze aandacht, dat een be
drag van een millioen gulden, vorig jaar door de
Gemeenteraad gevoteerd, practisch, niet gebruikt
werd, terwijl het verval in de stad niet alleen op
merkelijk, maar ook bedenkelijk is. Het gebaar dat
zulk een vorstelijke indruk maakte is hiermee een
gewuif gebleven. Te wranger wordt nu de gedachte
dat dit gewuif gepaard ging met de aankondiging,
dat een weinig ontziende sanering o.m. in de om
geving van de Nieuwmarkt in het voornemen ligt.
Te Arnhem werd overleg gepleegd met het Gemeen
tebestuur inzake Sonsbeek.
De actie van een plaatselijk comité te Bergen op
^oom betreffende een passender gebruik en herstel
van de Markiezenhof heeft onze sympathie.
De hardnekkige strijd om het behoud van Beecke-
steyn te Velsen, dat reeds van de Monumentenlijst
was afgevoerd, ontwikkelt zich thans gunstig.
De strijd om het behoud van de Orangerie van
Meer en Berg te Heemstede werd abrupt beëindigd
door sloping in opdracht van de Gemeente. Voor
een bespoediging van de voorbereiding tot restau
ratie van enige karaktervolle oude panden te Wou-
drichem werd geijverd.
Met erkentelijkheid vermelden wij het tot stand
komen van de restauratie van het Notarishuisje en
de Marienhof te Amersfoortdat hiermee twee waar
devolle monumenten rijker werd.
De sloping van het stoere pakhuis Noordvliet 19 te
Leeuwarden kon niet voorkomen worden. Het stond
helaas niet op de Voorlopige Monumentenlijst.
De eigenaars van het 18de eeuwse pand ,,In de
Koopermoole" in de Warmoesstraat te Amsterdam,
die sloping overwogen, werden overreed tot andere
plannen en geholpen bij de eerste stappen tot res
tauratie.
Tegenover B. W. van Terschelling werd onze be
zorgdheid geuit ten aanzien van het achteruitgaan
de dorpsschoon. De reeds als verloren beschouwde
boerderij te Nijeberkoop zal te elfder ure, dank zij de
medewerking van de Minister van O. K. W.,
toch gerestaureerd worden.
De gevelsteen van het diaconiegebouwtje te Korten-
hoef, die bij de herstelling verwijderd was, werd op
ons verzoek weer aangebracht. Ditzelfde geschied
de ten aanzien van de lantarens aan de voormalige
Hersteld Evangelisch Lutherse Kerk te Amsterdam.
Afbraak van enige voor Broek in Waterland kenmer
kende houten huizen werd voorshands opgehouden.
Het gezeul met bouwfragmenten te Amsterdam vond
nog geen bevredigende oplossing. Inzake het laat
ste historische buiten op Amsterdams grondgebied
„Amstelrust" werden verschillende besprekingen
gevoerd.
Het verval van kasteel Guesselt bij Amby alsmede
de voorgenomen sloping van het Hófken of Ridder
Bexshuis te Brunssum hebben onze aandacht.
In verschillende gevallen werd de Minister of de
Rijksdienst voor de Monumentenzorg geatten
deerd op toestanden, die zorg wekten, o.m. van de
torens te Augustinusga en Surhuizum.
Stads- en landschapsbeeld
De plaatsing van een feestgebouw in Neerland's
oudste park, de Plantage te Schiedam is nu aanhan
gig bij de Kroon. Met succes werd geadresseerd
tegen bebouwing voor de stadsmuur te Valkenburg.
Bij het Gemeentebestuur van Zw0^e werd aange
drongen op bevordering van restauraties en be
strijding van ontsierende reclame.
Ons adres inzake de aanleg van een brede ver
keersweg over het voormalig IJsclubterrein te Am
sterdam werd afgewezen door de Kroon.
De inrichting voor rioolwater aan het Spaarne in het
gezicht op Haarlem werd op ons verzoek meer ter
zijde opgericht.
Adviezen werden verstrekt betreffende bestrating
en beplanting te Kuilenburg en Oirschot.
Zoals gezegd bespaar ik U een volledige opsom
ming van al onze werkzaamheden. Ik vertrouw,
dat U uit de veelheid der gevallen en uit de ver
scheidenheid ervan reeds een beeld kunt optrekken
uit deze weergave. Duidelijk zal U zijn, dat een
enkeling dergelijk werk nooit zou kunnen verzetten.
Dat was ook de gedachte der stichters in de jaren
19101911, toen zij een samenwerking van ver
enigingen formeerden, die als Bond Heemschut
zijn krachten zou wijden aan het waken voor de
schoonheid van Nederland. Nu ook aan particu
lieren de gelegenheid wordt geboden om als bui
tengewone leden voor een minimum bedrag van
7,50 per jaar tot de Bond toe te treden en de trotse
voldoening te smaken deel te nemen aan een werk,
dat zij als enkelingen nooit zouden "kunnen aan
vatten, staat niets een ruime toevloeiing van deze
leden meer in de weg. In de provincie Limburg,
waar wij thans vergaderen, behoort het ledental
tot het laagste cijfer in geheel Nederland. Ik moge
dan besluiten met juist in Limburg op te wekken
zich met verkwikkende Zuidelijke geestdrift bij on
ze Bond te voegen en gezamenlijk te strijden voor
de schoonheid van ons vaderland.
4 September 1953.
De Secretaris van de Bond Heemschut,
TON KOOT
98