van de brug in het Grootzand
valt daar het zelfde te bereiken.
Slechts zo is een oplossing te ver
krijgen, die definitief kan zijn. Dc
uitvoering van het dempingsplan
zal vroeg of laat dwingen tot de
aanleg van een nieuwe, brede
Lemmerbrug, waardoor de Water
poort nog verder in een hoek ge
drukt zal worden; zelfs zal, gege
ven de onvoldoende Oosterdijk,
demping van het Klein Zand
noodzakelijk kunnen worden. Wat
men nü wil, is slechts de eerste stap
waarop meer, en ergere, schendin
gen moeten volgen. Laten wij ho
pen, dat, nu Gedeputeerde Staten
hun goedkeuring reeds aan dit plan
hechtten, de Kroon deze steden-
schennis een halt zal toe roepen
Ton Koot
TOT EEN TEGENSTANDER
Ferdinand de Lesseps, die aan den lijve zo heeft on
dervonden wat tegenstand betekent, heeft eens de
behartenswaardigegedachte neergeschreven: „Nos
adversaires sont souvent nos meilleurs auxiliaires".
Met dit voor ogen hebben wij met belangstelling
de brief gelezen van een achtenswaardig man, die
zo vriendelijk was ons te laten weten, waarom hij
geen lid kon worden van de Bond Heemschut. En
kele punten uit dat schrijven zijn belangwekkend
genoeg om hier te beschouwen, omdat deze mening
waarschijnlijk door meer tegenstanders gedeeld
wordt en de beantwoording ervan onze leden zou
kunnen dienen.
Als bezwaar tegen oudheidkundige verenigingen
wordt genoemd, dat deze op de bres staan voor het
oude, historische schoon, dat bewaakt wordt alsof
het er altijd geweest is en niet zelve wellicht nog
veel schoner stadsbeeld heeft verdrongen.Schrij
ver erkent dat wij heden ten dage nog niet toe zijn
aan een algemeen erkende nieuwe stijl en dat men
dus zeer voorzichtig moet zijn met nieuw bouwen
of te verbouwen in het oude milieu, maar, voegt hij
er aan toe: „dat wil niet zeggen, dat wij dat niet
zouden mogen doen, of alleen maar in oude stijl."
Wij kunnen moeilijk namens alle oudheidkundige
verenigingen antwoorden, maar wat Heemschut be
treft is het allerminst zo, dat deze bond zich verzet
tegen elke verandering. Ware dat zo, dan moesten
er honderd maal meer rapporten en adressen uit
dan thans reeds het geval is. Maar Heemschut
treedt alleen in verzet, wanneer er ernstige aantasting
van de schoonheid van stad en dorp op het spel
staat. En zeker eist hij geen bouwen in oude stijl.
Dat is een bekend en helaas te veel gehuldigd mis
verstand. Indien onverhoopt gesloopt moet worden
dringt Heemschut aan op het bouwen in verhou
ding, materiaal en kleur passend bij het oude en
sterke bestaande milieu. Dat is toch wel iets anders
dan bouwen in oude stijlHeemschut wil zeker een
nieuwe stijl niet tegenhouden, maar daar alle ruim
te en gelegenheid voor geven doch deze volledi
ge vrijheid bieden buiten de stads- en dorpskernen,
die erkende historische schoonheid bezitten. En
dat betekent veel vrijheid op zeer veel plaatsen
Een ander bezwaar wordt genoemd, dat de oud
heidkundige verenigingen maar één kant van de
zaak zien en ook willen zien. Blijkbaar is hier de ge
achte schrijver zeer weinig op de hoogte van het
heemschutwerk, anders kon hij uit onze vergade
ringen, orgaan en adressen weten, dat herhaalde
lijk bemiddelingsvoorstellen worden gedaan en
plannen worden ingediend, om tegemoet te komen
aan de eisen van het verkeer, industrialisatie, re
creatie, landsverdediging, enz. Dat de voorstellen
van Heemschut uit een bepaalde gezichtshoek
voortkomen is duidelijk, en is ook de kracht van
86
Het Hoogend te Sneek van de Waterpoort gezien.
