Corneille F. Janssen GOES: EEN KANS DIE GEMIST DREIGT TE WORDEN Elke stad heeft zijn bijzondere ruimtelijke schoon heid. Dit mag op het eerste gezicht een gemeen plaats lijken; wie eenmaal het verschil heeft be leefd tussen de grachten van Amsterdam en Leeu warden, tussen het Vrijthof te Maastricht en de Grote Markt te Haarlem, weet welke rijkdom in al deze verschillen besloten ligt. Ook Goes, de hoofdstad van Zuid-Beveland heeft zijn bijzondere schoonheidde vier ruimten in de binnenstad, gevormd door de Grote Markt, de Vlasmarkt, de Beestenmarkt en de Haven met om liggende Kaaien. De Grote Markt is de indrukwek kendste van alle: een langwerpig rechthoekig plein, met aan een van de korte zijden het raad huis, waarachter de kerk opdoemt. Veel kleiner is de Vlasmarkt, intiem besloten in een grotendeels aardige bebouwing. Geheel anders van karakter is de langgerekte, eveneens rechthoekige Beesten markt, met in het midden een grote pomp. Als vier de ruimte de kom van de in de stad doodlopende Haven, een onregelmatige veelhoek welke omslo ten wordt door een viertal kaden, waaraan aardige, ten dele zelfs bijzonder fraaie bebouwing. De trant van de bebouwing is in de gehele stad ty pisch Zeeuws, afwijkend - vooral wat de Renais- sance-gevels betreft - van het noordelijker type en neigend naar het laat-Gothisch topgeveltype met de vele trapjes, dat ons uit de Vlaamse steden bekend is. Alles met elkaar vormt Goes nog een karakteristiek geheel, waarvan met enige zorg en moeite zelfs een bijzonder fraaie stad te maken zou zijn. Echter, een aantal gevaren bedreigt dit alles op een zo ernstige wijze, dat het noodzakelijk lijkt, de alarmklok te luiden. Ten eerste, de ernstigste van alle, een ingrijpende doorbraak. Dat men op dit idee gekomen is, is volkomen te be grijpen. De plattegrond van Goes namelijk groe peert zijn straten dusdanig om de zojuist genoemde open ruimten, dat de stad zich naar buiten toe sterk afsluit. Het is nodig gebleken bordjes met „Markt" erop aan de stadsrand te plaatsen omdat de vreemdeling anders beslist niet zou weten, hoe het centrum te benaderen. Is men er eenmaal in, dan kost het weer enige moeite de weg naar buiten te vinden! Een duidelijke toegangs- en uitvalsweg ontbreekt helaas. Deze toestand is in feite nog verergerd, doordat men, naar ik meen in de jaren twintig, de Rijksweg Middelburg-Bergen op Zoom op een aller ongeluk kigste wijze half om, half door de stad heeft aange legd. De weg, komende van Middelburg, gaat schuin over de gracht, en langs een Ravelijn (De Groene Jager genaamd), sluit van daar, nog steeds scheef, aan op de Wal, breekt, alweer schuin, door een bolwerk heen, en verlaat, voor de afwisseling schuin, over de gracht de stad weer. Niet alleen zijn daardoor een aantal afzichtelijke scheve terreinen met allerhand onbruikbare over- hoeken ontstaan, en loopt deze weg thans als een hinderlijk obstakel tussen een nieuwe wijk endestad, om van de gedeeltelijke vernieling van de vesting werken maar te zwijgen, bovendien is het tracé zo gekozen, dat de van ouds gebruikelijke en meer natuurlijke toegangswegen tot Goes onbereikbaar geworden zijn, en straten, die daartoe nooit bedoeld waren, thans deze taak op zich moeten nemen. Om de noodlottige gevolgen van deze vernieling op te heffen overweegt men verdere vernielingen. On middellijk na de aanleg van de Rijksweg heeft de gelegenheid bestaan op vrij goedkope wijze, door de afbraak van twee gewone huizen, een goede toe gangsweg te scheppen. Deze weg is thans geblok keerd, of althans slechts te verwezenlijken na kost bare onteigening van een tweetal in het tracé van die doorbraak verrezen grote panden. Men dient thans dus andere wegen te zoeken. Of schoon er nog niets is vastgesteld, ja zelfs nog geen min of meer uitgewerkte plannen zijn gemaakt, gaan de overwegingen een kant uit, die hoogst be denkelijk is. Men denkt er na.melijk aan, via de Beestenmarkt en de Vlasmarkt een verbinding tus sen de Rijksweg en de Grote Markt tot stand te brengen. Daartoe zou men dan om te beginnen een aantal panden aan de Brouwersgang tussen de Beestenmarkt en het Ravelijn De Groene Jager moeten amoveren. Men denkt daarbij aan de be bouwing ten Zuiden van deze gang. Het resultaat zal zijn, dat van de korte kant van de Beestenmarkt de helft gaat verdwijnen, wat een Zeer onbevredi gend resultaat zal opleveren. Aesthetisch de beste oplossing zou zijn de gang aan beide zijden te ver breden het ongeluk wil echter dat dan een laat- achttiende-eeuws huis zal moeten vallen, waar de Brouwersgang, door middel van een karakteristiek poortje, op de Beestenmarkt uitmondt. De verbreding van de verbinding Beestenmarkt- Vlasmarkt kan zonder schade geschieden, er zullen integendeel enkele zeer lelijke panden kunnen ver dwijnen. Een doorbraak van de Vlasmarkt wordt weer erger, 100

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1951 | | pagina 14