tegenover het schone, of door eigenaardige opvat
tingen over wat het schoon van een stad of land
schap uitmaakt en wat dit verstoort, niet schromen
plannen te maken waartegen wij menen in actie te
moeten komen. Nog steeds wil men grachten dem
pen, alsof die niet juist de spiegels zijn waarin het
stadsschoon zich weerspiegelt, nog steeds worden
af- en doorbraken beraamd, alsof die in vele ge
vallen niet juist dat verstoren wat de essentiële
schoonheid van een stad uitmaakt. Gouda, Sloten,
nu weer Amersfoort, het zijn alle namen die tot de
lezers van ons blad als bekende voorbeelden zullen
spreken. Ik wil er hier niet nader op ingaan wat de
actie van Heemschut in deze plaatsen geweest is;
in het verslag dat onze secretaris en de secretaris
sen van onze'commissies direct zullen uitbrengen
zult u daar meer in bijzonderheden over horen. Ik
noem deze namen slechts om er u aan te herinne
ren dat ons bestuur waakzaam is.
Het afgelopen jaar bracht ons naast strijd ook fees
telijkheid. Ik doel hierbij natuurlijk op ons 40-
jarig bestaan. De grote opkomst bij onze feestvie
ring van 2 Februari, de belangstelling van de Re
gering en de Burgemeester van de hoofdstad, de
vele gelukwensen uit alle hoeken van ons land, zij
zijn er voor ons bestuur een bewijs van geweest dat,
moge er ook af en toe critiek op onze bemoeiingen
worden uitgeoefend, het streven van onze Bond
toch algemeen gewaardeerd wordt. Er is een Ame
rikaans gezegde dat ,,life begins at forty", en hoe
wel deze uitspraak waarschijnlijk meer bedoeld is
als een troost voor mensen van middelbare leeftijd
dan dat daar een diepe levenswijsheid in ligt uitge
drukt, zo houdt het toch een waarheid in, die ook
voor verenigingen geldt, dat men een zekere jeugd
te boven komen moet om zijn juiste weg en spoor
in het leven te kunnen vinden. Ik meen dat Heem
schut deze weg voor zich nu wel gevonden heeft, al
mogen wij daaraan natuurlijk niet te star vasthou
den, maar moeten open blijven staan voor even
tueel nodige veranderingen in de koers, ons eigen
lijke doel daarbij steeds voor ogen houdend.
Naast de vreugde van het jubileum bracht het
afgelopen jaar ons ook rouw. Het is u allen bekend
dat wij in het voorjaar ons erelid A. A. Kok ten
grave moesten dragen. Het is echter niet het meest
het erelid dat wij in hem betreuren, maar meer nog
de man die gedurende 25 jaar het secretariaat van
onze Bond gevoerd heeft, en door zijn grote activi
teit en enthousiasme, door zijn bijzondere kennis
van het oude bouwwerk, het hart van onze Bond
geweest is. Wij denken in dankbaarheid daaraan
terug.
Een Heemschutdag zou niet kunnen slagen, als wij
in de plaats van samenkomst geen steun kregen van
bevriende personen. Gelukkig dat Heemschut die
in bijna alle plaatsen van ons land heeft. Ook hier
in Alkmaar: het bestuur van ons lid „Oud-Alk
maar" heeft ons de weg geëffend voor deze bij
eenkomst in hun stad, een wandeling voor ons ont
worpen, en gezorgd voor een concert in de St.
Laurenskerk, dat een stemmig einde van onze
Heemschutdag zal vormen. Ik wil hier vooral zijn
voorzitter, de heer H. Ringers, dank zeggen voor
de moeite die hij zich voor onze bijeenkomst in zijn
stad heeft willen geven.
Maar ook de andere aanwezigen zijn wij dank
baar voor hun opkomst. En dan wil ik allereerst de
leden van de gemeentebesturen van deze stad en
de omliggende plaatsen memoreren, die door hun
aanwezigheid van hun belangstelling in ons stre
ven doen blijken, en niet minder de vertegenwoor
diger van het Ministerie van O., K. W., de heer
E. A. Kuipers, een getrouw, maar daarom niet
minder gewaardeerd bezoeker van onze jaarver
gaderingen. Een goede samenwerking met het
Ministerie is ons uiteraard veel waard; in de heer
Kuipers vinden wij die samenwerking verper
soonlijkt.
In de hoop dat mijn inleidende woorden u in de
juiste stemming gebracht en de nodige kracht ge
geven mogen hebben, eerst het leerrijke maar mis
schien wat droge administratieve gedeelte van de
ze dag te verteren, daarna bij de rondvraag uw
hart uit te storten, wensen uit te spreken, en u van
eventuele grieven te ontlasten, om u tenslotte na
een versterkend maal te kunnen gaan vermeien in
de schoonheid van deze oude stad, open ik de 40e
Algemene Vergadering van onze Bond.
VERKLARING VAN
AMERSFOORT'S COLLEGE
82
De heer J. Koopman, wethouder van Gemeentewerken te
Amersfoort heeft zich n.a.v. publicaties in verschillende
bladen w.o. „Heemschut" namens B W in een verklaring
tot d'e Raad van Amersfoort gewend. De wethouder deelt
mede, letterlijk gezegd te hebben: „De doorbraak is niet
in het kernplan opgenomen, omdat zij nog in de verre toe
komst ligt en het gehele kernplan er op had kunnen stranden.
Hij laakt „Heemschut", omdat de redactie in het citaat van
de Amersfoortse Courant het woord „indertijd" door „in
derdaad" heeft vervangen.
Wij stellen er prijs op te verklaren, dat dit geen opzettelijk
vervangen betreft, maar een zetfout, welke wij betreuren.
Verder blijkt uit de verklaring dat het huidige college van
B W niet achter het doorbraakplan staat en dit voor reke
ning laat van het N.E.J., terwijl de wethouder ook meedeelt,
dat de mening van de stedebouwkundige dienst niet die van
het college is. Opgemerkt dient te worden, dat dit uit het
verslag van de raad allerminst bleek. Een dergelijke toe
lichting ontbrak. Het is dus niet te verwonderen dat daarom
begrepen werd, dat het college het met het advies van het
N.E.J. eens was en achter zijn dienst stond.
Intussen heeft deze verklaring veel verduidelijkt en wij zijn
erkentelijk dat zij afgelegd is.