Gaat dit dempen door, dan ontstaat hier een plein
ter grootte van plm. 12.500 m2, een plein van een
omvang die slecht past bij de betrekkelijk lage
bebouwing ter weerszijden.
En dan wil men hier een „centraal" parkeerterrein
voor autobussen maken, o.i. niet erg centraal voor
een terrein dat zo ver van het hoofdstation ligt,
waar ruimte genoeg is, maar naar het schijnt moet
Barbertje nog steeds hangen. In 1933 waren het
de bodewagens die demping nodig maakten, nu
zijn het de autobussen. Het lijkt veel op de bekende
hond en de stok.
Als we nu eens nagaan hoe lang het te dempen ge
deelte van het Binnen Damsterdiep is, zien we dat
dit ongeveer 200 meter bedraagt, zodat het dempen
per meter lengte 10,zal kosten.
Wie A zegt, zal ook B moeten zeggen, dus de rest
van het water zal wel moeten volgen, d.w.z. de
grote Damsterkolk, met de Oosterhavensluis, en
het Buiten Damsterdiep, tot zover als men thans
gevorderd is met het dempen met afval. Voor het
Buiten Damsterdiep is de demping reeds aangeno
men door de raad.
Het dempen van de Damsterkolk en het amoveren
van de Oosterhavensluis zal ook een slordige
200.000,kosten.
Rest dan nog het Buiten Damsterdiep, waarmede
men in September 1946 is begonnen te dempen met
puin van de verwoeste stadsgedeelten, daarna ver
der is gegaan met zand, waaraan ook spoedig een
einde is gekomen, terwijl nu iedereen allerlei afval
mag deponeren in het overgebleven gedeelte, waar
mede men nu genaderd is tot het onderstuk van de
oude olie- en pelmolen van de fa
Helder, thans een timmerfabriek.
Er rest nu nog een 850 meter, waar
van de dempingskosten zeker wel
een 800.000,zullen bedragen,
tenzij men de afvalwerpers het
langzamerhand in enige tientallen
van jaren laat dichtgooien, met al
de onaesthetische en onhygiëni
sche gevolgen van dien.
In totaal kan men dus voor de
dempingen en wat daarmee annex
is meer dan j 1.000.000,kwijt
zijn.
Dit cijfer in aanmerking nemend,
beseft men wel goed, wat men be
gonnen is En wat heeft men dan
tenslotte bereikt? Veel schoon
heid, historische schoonheid, ver
nield, zoals bijgaande foto's nu
reeds laten zien, en veel geld kwijt.
Aan de aanwonenden van het Binnen Damster
diep veel ongemak gegeven door het altoosdu-
rend lawaai en de benzinestank van de autobussen.
Was er dan een andere oplossing mogelijk geweest
Zeer zeker. Het hoofdbezwaar van het Binnen
Damsterdiep was dat het een doodlopend water
was. Dat is niet altijd zo geweest. Vóór de ontman
teling van de stad Groningen stond het Schuiten-
of Winschoterdiep hier in verbinding met het
Damsterdiep door middel van een sluis, die men
nog gedeeltelijk ziet op de foto van Von Kolkow
uit de zeventigerjaren van de vorige eeuw.
Het Schuitendiep, hetwelk tot dusverre tussen
twee stenen beren in de Stadsgracht door in de
stad kwam, kreeg nu een directe verbinding met
die gracht, die tot Oosterhaven werd, en die door
een nieuwe sluis in de gedeeltelijk gedempte, ver
smalde, gracht, de Oosterhavensluis, in verbinding
werd gebracht met het Damsterdiep, waar ook de
stenen beren werden opgeruimd, tenminste groten
deels, en dat nu ook in open verbinding met die
gracht werd gebracht.
De oude verbinding, de sluis, op de foto gedeeltelijk
zichtbaar, werd gedempt. Men kon echter nog al
tijd water uit het Schuitendiep door een duiker in
het Binnen Damsterdiep laten stromen, zodat dit
doodlopend eind diep kon worden ververst.
De vroeger bestaan hebbende open verbinding tus
sen Schuitendiep en Damsterdiep zou men zeer
goed kunnen herstellen, door de aldaar gelegde
dam op te ruimen, verder de Oosterhavensluis af
te breken, waardoor dat gedeelte vestinggracht tot
een prachtige binnenhaven zou kunnen worden,
26
Het Binnen Damsterdiep in 1875 met poortershuisje, Steenstilpoort en molens.