dankbaarheid, dat ik zo maar uit mezelf de taak
van haar overleden echtgenoot had overgenomen.
Geleidelijk ontstonden de stedeboekjes. Voor
's-Hertogenbosch was de keus niet moeilijk. Dat
moest burgemeester Van Lanschot doen. Hij maak
te een boekje, waarvan men ook zonder naamsver
melding wel lezen kan, wie 't schreef. Een kunst
historicus vond 't een kletsboek. Maar er zullen
weinig delen in de Heemschutserie zijn, die de
Heemschutgedachte meer bevorderd hebben. An
dere stedeboekjes werden gemaakt door wie daar,
liefst ter plaatse, voor in aanmerking kwam, met
verschillend resultaat.
Het ene moest opgevrolijkt worden, omdat de archi
varis, die 't schreef teveel gewend geraakt was aan
perkament en jaartallen. Het andere moest besnoeid
worden, omdat de auteur leed aan hallucinaties
en een krulletje aanzag voor Wodan's levensboom.
Zo gingen we door, altijd maar door en zo werden
in tijd van wrede overheersing enige honderd-dui
zenden goede boekjes tot 't Nederlandse volk ge
bracht. Om de boekjes tot eenheid te brengen,
werden de „stofomslagen" in mijn atelier getekend,
naar door mij gemaakte schetsen of fantasieën,
door verschillende tekenaars. Het zou aardig zijn
te gelegener tijd eens tentoon te stellen, wat daar
voor gedaan werd. Dan hadden de auteurs velerlei
wensen. Ze wilden tekeningen in hun boek. Die
werden ook weer bij mij gemaakt. Dan kreeg één
der tekenaars in de persoon van de auteur tijdelijk
een nieuwe baas en zat Prof. Van der Pluym op de
kruk voor de tekentafel om de jongeman uit te dui
den hoe dit of dat getekend moest worden.
Zo gingen we door tot de vreem
de overheerser moest afdruipen
en toen gingen we weer door en
bedachten iets er bij. Er zou een
serie grote boeken verschijnen om
enkele der auteurs van de Heem
schutserie gelegenheid te geven
een standaardwerk te maken, een
Heemschutbibliotheek. Zo ver
scheen „Duizend jaar bouwen"
door Mr S. J. Fockema Andreae
en Prof. Dr E. H. ter Kuile, een
kloek boek gevolgd door enige
andere, waarbij 2 boeken over de
West-Nederlandse veenplassen
van Dr E. M. van Zinderen Bak
ker en van J. Trouw.
Gelijk de gehele boekenwereld
ondervond de Heemschutserie en
de Heemschutbibliotheek de al
gemene terugslag van de tijd. Het
aantal verkochte exemplaren per jaar zakte, maar
toch niet van die aard, dat kloekmoedig werd
doorgegaan met nieuwe delen en herdrukken van
uitverkochte delen. Elk deel van de Heemschut
serie, dat uitverkocht is, wordt herdruktde ge
hele serie moest verkrijgbaar blijven. Het spreekt
vanzelf, dat het ene deel meer de belangstelling
heeft van het boekenkopende publiek dan het an
dere, maar met elkaar helpen zij bevorderen de
Heemschutgedachte, de strijd voor de schoonheid
van Nederland. Het ene deel is in de tweede het
andere in de vierde druk. Ook werd het oog geslagen
naar Vlaanderen en met medewerking van de zus
tervereniging Natuur- en Stedeschoon te Antwer
pen een begin gemaakt met Vlaamse delen. De al
oude strijder Armand de Lattin maakte het eerste
deel, over zijn geliefde stad Antwerpen, terwijl van
verschillende Vlaamse steden manuscripten gereed
en in behandeling zijn. Na Antwerpen verschenen
Mechelen, Turnhout en Brugge.
In de Heemschutserie zijn tot thans verschenen 70
delen, maar er zijn zoveel onderwerpen in voorbe
reiding dat het aantal dossiers tot 100 gaat. Daar
naast de Heemschutbibliotheek in een rij van 4
keurige boeken.
Er moet voor de uitgever ook eens iets zijn om
kracht te winnen. Bij de beoordeling van het best
verzorgdê boek door de commissie voor de propa
ganda van het Nederlandse boek van de vereniging
ter bevordering van de belangen des boekhandels
werd keuze gedaan uit een grote hoeveelheid in
1948 verschenen boeken. Daaruit werden de 50
best verzorgde boeken gekozen. Wie tot de geluk-
16
Halsteren, R.K. Kerk van de H. Quirinus, behouden met Heemschut»' hulp.
foto Lichtbeeldemnstituut, A'dam