tot de betreffende subcommissie Stad en Dorp. In
de provincies, waar dit niet het geval is, werd de
subcommissie Stad en Dorp verzocht uit haar
midden een lid aan te wijzen bereid om de belan
gen op landschappelijk gebied in het bijzonder te
behartigen en het lidmaatschap der Commissie
W.I.L. op zich te willen nemen.
Aldus kon in een gezamenlijk schrijven der commis
sie W.I.L. en Stad en Dorp aan het Hoofdbestuur
van de Bond Heemschut een voorstel worden inge
diend hetgeen naar wij mogen verwachten gunstig
ontvangen zal worden.
De overkoepeling, welke in het vorig jaarverslag
zo uitvoerig besproken werd, heeft inmiddels in
Noord-Brabant reeds dit jaar zijn beslag gekregen.
De voorzitter en secretaris onzer Commissie waren
op 10 Maart j.1. aanwezig bij de installatie van de
,,Raad van Overleg" in Noord-Brabant en wel te
's-Hertogenbosch in het Provinciehuis.
Het is waarschijnlijk te achten, dat het voorbeeld
alhier gesteld in andere provincies op analoge wijze
nagevolgd zal worden.
Het aantal bijzondere gevallen, da\ door onze commis
sies behandeld wordt, neemt gestadig toe. In nau
we samenwerking met het Hoofdbestuur van de
Bond Heemschut, met de Commissie W.I.L. en
met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg werd
in vele gevallen een gunstige oplossing verkregen.
Wij menen hier te kunnen volstaan met te ver
melden dat deze o.a. betreffen een groot aantal
voorgenomen dempingen van stadsgrachten en
voorts demping van wateren, tengevolge waarvan
schade aan landschappelijk schoon zoude worden
toegebracht.
Vestigingen van industrieën vragen veelvuldig de
aandacht onzer commissies.
Onze commissie gaf in enkele gevallen de stoot tot
het tot stand komen van restauratiewerkzaamhe
den van bouwwerken (o.a. molens).
Wat betreft de inventarisatie van stedebouwkun-
dige interessante complexen, architectonische mo
numenten etc. werden dit jaar vooral vorderingen
gemaakt in de Provincie Limburg. Het is te ver
wachten, dat onze inventarisatie-werkzaamheden
een bijdrage zullen leveren bij het tot stand komen
van de Lijst van Monumenten van Geschiedenis
en Kunst, welker publicatie door de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg te gelegener tijd zal
plaats vinden.
Na beëindiging der inventarisatie zullen de sub
commissies zich weer geheel kunnen concentreren
op de oorspronkelijke taak: de bescherming der
stedebouwkundige complexen en architectonische
monumenten.
F. H. WARNAARS
Secretaris van de Commissie Stad en Dorp
VERSLAG VAN DE COMMISSIE
„HEEMSCHUT EN DE JEUGD"
SEPTEMBER 1949 TOT SEPTEMBER 1950
Ook in het afgelopen jaar heeft de Commissie
„Heemschut en de Jeugd" getracht de versprei
ding van de heemschutgedachte onder de jeugd
zover in haar vermogen lag, te bevorderen.
De verschillende aspecten dezer doelstelling wer
den in de commissie-vergaderingen danook regel
matig besproken. Het accent kwam voornamelijk
te vallen op de vraag, op welke wijze meer contact
verkregen kan worden met het onderwijs en de
jeugdbeweging en wat de commissie zou kunnen
doen om de jeugd meer actief te betrekken bij de
heemschut. Talrijke voorstellen van commissie
leden werden uitvoerig besproken, al kan hier
niet verheeld worden, dat verschillende plannen
bij nadere beschouwing uit organisatorisch en
vooral ook uit financieel oogpunt boven de macht
onzer commissie gingen.
Voor de instelling van een jaarlijkse heemschut
dag, tijdens welke in de scholen en de jeugdbewe
ging aandacht gevraagd zou worden voor de be
tekenis van heemschut in de huidige omstandig
heden (toeneming van onze bevolking, verminde
ring van de recreatie-gebieden, dringender nood
zaak van bescherming van hetgeen ons land aan
schoonheid op gebied van landschap en natuur,
van volkskunde en monumentenbezit, enz.), bleek
helaas weinig belangstelling te bestaan.
Op het verzoek om adhaesie-betuigirigen kwam
89