smalle beek met haar hoge taluds zou worden aan
gelegd, ten achter moet staan bij het thans ont
worpen plan van aanleg, waarbij een brede ring
weg wordt verkregen en de gelegenheid ontstaat
het stedebouwkundig aspect te verbeteren; enz.
Het plan heeft hiermede in tweede instantie succes
geboekt, na de Gemeenteraad heeft het nu het
Provinciaal Bestuur gepasseerd. Helaas, blijft het
verdwijnen van het stadswater een aanzienlijk verlies,
dat slechts ten dele zal worden vergoed en dat telt bij de
Bond Heemschut, die het waken voor de schoon
heid als devies voert, zwaar.
Toch bouw Cultureel Centrum in Schiedam?
Ten aanzien van het door de Gemeenteraad van
Schiedam aangenomen plan tot plaatsing van een
gebouw, dat dienen zal tot Cultureel Centrum in
de Plantage (zie het artikel van de heenDominicus
in ons no 4) heeft de Bond Heemschut zich tot Ge
deputeerde Staten van Zuid-Holland gewend in
een uitvoerig request en betoogd, dat het aspect
van het plantsoen onherstelbaar geschonden zal
worden, terwijl geen enkele winst aan nieuw stede-
schoon verworven zal worden.
OPENINGSWOORD VAN DE VOORZITTER
OP DE HEEMSCHUTDAG IN LEEUWARDEN
Dames en Heren, buitengewone leden van de Bond
Heemschut, vertegenwoordigers van de donateurs
en gewone leden van onze Bond, autoriteiten van
plaats en gewest, intioducé's het is mij een genoe
gen u allen hier welkom te mogen heten in deze
Algemene Vergadering, ditmaal in Frieslands
hoofdstad gehouden. Het verheugt mij dat de dit
maal wat verdere reis een aantal leden uit andere
delen des lands niet afgeschrikt heeft hier aanwezig
te zijn, nu Heemschut deze maal acte de présence
heeft willen geven in een onzer noordelijke provin
cies. Zoals ik het vorige jaar in onze vergadering te
Dordrecht reeds zeide is het onze bedoeling bij onze
jaarvergaderingen afwisselend bijeen te komen in
het centrum des lands, waar drie kwart van onze
leden woont, en in een der buitenprovincies, waar
wij het ledental gaarne zouden willen vergroten.
En dan komt Friesland, waar het Heemschutzaad
nog slechts zeer karig opgeschoten is, wel in een
der eerste plaatsen aan de beurt. Weten de Frie
zen wel dat hun gewest tot nog toe slechts zegge en
schrijve elf persoonlijke Heemschutleden telt? Nu
weet ik wel dat het getal elf een soort historisch
getal in Friesland is, en zijn elf steden zijn bekend,
niet slechts bij hen die de klassieke tocht per
schaats afleggen of deze in gedachten meeleven.
Maar is het daarom nodig dat Heemschut per stad
hier slechts één lid heeft, om van de 30 grietenyen
maar te zwijgen? Als de Friezen zo'n gehechtheid
aan het getal elf hebben, laten zij het ledental hier
dan tot zijn kwadraat opvoeren. Intussen, deze
elf Friese pioniers van het heemschutwerk, die hier
zeker allen aanwezig zijn, gelde speciaal mijn wel
komstgroet!
Maar het zijn niet alleen deze Friese leden die ik
hier bijzonder welkom heten wil. Tot ons genoe
gen zien wij weer in ons midden de heer E. A.
Kuipers, vertegenwoordiger van de Minister van
O., K. W., van wie wij uit ervaring weten dat
hij ons werk een warm hart toedraagt. Wij stellen
het zeer op prijs dat hij te onzer ere de reis van
Den Haag hier heen heeft willen maken; wij stellen
het bijzonder op prijs dat de Minister door het
zenden van een vertegenwoordiger van zijn be
langstelling in ons werk heeft willen doen blijken.
Want het Departement is een lichaam welks steun
wij niet gaarne zouden missen. Het geeft ons een
gevoel van veiligheid te weten dat het een laatste
toevlucht voor ons zijn kan als een strijd voor ons
verloren schijnt. Ook Mr P. C. J. A. Boeles en de
Heer N. Ottema, vertegenwoordigers van onze
leden het Friesch Genootschap en het Fryske Gea,
heet ik hier bijzonder welkom.
Zeker is een stimulering van de Heemschutgedach
te ook in dit gewest niet overbodig. Ook hier in
Friesland zijn er Heemschutproblemen,hier zo goed
als in de andere delen des lands. Ook hier dringt
een probleem, dat hier misschien op dit ogenblik
sterker naar voren treedt dan in de andere pro
vincies, ik bedoel dat van de o.i. meestal verwerpe
lijke dempingen van wat toch een der schoonheden
van dit land vormt, ons tot krachtig verzet. Het
verheugt ons daarom zeer dat een inwoner van
deze stad, Ir Ch. G. van der Vlis, na de lunch dit
zo actuele onderwerp bij ons zal inleiden. Bij voor
baat wil ik hem thans al danken voor de moeite die
hij zich in dezen voor ons heeft willen geven.
Maar wij komen hier niet alleen samen om propa-