Het waterschapsbestuur van de Kinderdijkse wa
termolens, dat krachtens zijn publiekrechtelijke be
voegdheid zelfstandig kan handelen, meent de mo
gelijkheid te zien van een meer economische ex
ploitatie en offert het Overwaardse molencomplex
(uniek in de wereld) op in ruil voor motorische
bemaling
Op het ogenblik dat ik dit artikel schrijf, staat het
er ongunstig voor en laat het zich aanzien, dat de
Hinkende munt (ook al klinkt die vals) het winnen
zal van de schoonheid.
Ik herinner mij n.1. een deel uit de voordracht van
de heer A. J. Prins Visser te Kinderdijk, die in
Maart 1939 gehouden werd en waarin hij er op
wees, dat de bouwkosten der 8 molens waar het
hier om gaat, in 1738 ca. 72.000.hebben bedra
gen. Bij een levensduur van tweehonderd jaren
zinkt de post Afschrijving op de jaarrekening dan
wel zeer in het niet vergeleken met wat voor een
stoom-, electrisch- of motorgemaal aan jaarlijkse
afschrijving nodig is! Wie nog overtuigende cijfers
wil, die kijke naar het in 1867 daarbij gebouwde
hulpschepstoomgemaal. De bouwkosten daarvan
bedroegen 90.000.Zestig jaren later werd het
buiten gebruik gesteld en vervangen door een
dieselmotorgemaal. Bouwkosten f 225.000.De
economie moet iedereen in het oog springen
Het ziet er naar uit, dat tenzij er een wonder
gebeurt, of een ambtelijk iemand met een warm
kloppend hart een hypergeniale inval krijgt de
catastrophe van de ondergang der molens, die tot
voor kort nog in bedrijf waren (de hoofdingelanden
spraken zich met 27 2 stemmen uit voor ontslag
van de molenaars) niet meer te stuiten is.
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben in
deze een uiterst sympathieke houding aangeno
men, zij zijn echter zelfstandig niet in staat aan de
hoge financiële eisen van het waterschapsbestuur
tegemoet te komen.
Het is eigenlijk een krankzinnige zaak.
Aan Canada schenken wij een schilderij van Hob-
bema met twee watermolens, terecht wordt dit in
het buitenland gezien als een kenmerkende voor
stelling van Nederland. Bij molens denkt men bui
ten onze grenzen vanzelf aan Nederland. Zaken
lieden weten van dit voortreffelijk ingevoerde han
delsmerk dan ook uitstekend gebruik te maken. Op
het Rembrandtsplein te Amsterdam stond tijdens
de Damstadt-feesten een grote schertsmolen, de
Reguliersbreestraat hing vol draaiende speelgoed
molens. De „Groene Amsterdammer" tikte de spij
ker op zijn kop met de opmerking:
„Het zal nog zo ver komen, dat men om economi
sche redenen de echte molens laat verwaarlozen en
ondergaan en om dezelfde economische redenen
alle pleinen vol gaat zetten met miezerige naboot
singen vol reclameteksten, alleen om het verval en
de verpeutering van een nationale cultuur maar
goed duidelijk te maken".
Zo juist bereikt mij het bericht, dat behalve de
molens aan de Kinderdijk ook de groep van zes
molens in de Alblasserwaard bedreigd wordt. De
cultuurtechnische dienst adviseerde over te gaan
op mechanische bemaling, waarmede de ingelan
den zich verenigd hebben
De schoonheid sterft in Nederland, onder de voet
gelopen door een schare onverschilligen, impoten-
ten en baatzuchtigen. Moeten wij dat lijdelijk blij
ven aanzien?
69
Een gedeelte van de bedreigde molens
bij Kinderdijk. Maar 't Polderbestuur
zijn achtenswaardige lieden
foto De Hollandsche molen