TON KOOT
OP HEEMWAGHT
Dempingen
Zo nu en dan steekt plotseling een ernstige aan
tasting van 's lands schoonheid de kop op. Niet
zelden gebeurt dit op verschillende plaatsen tege
lijk. Als men geen vreemde in de heemschutwereld
is, kent men ze wel: ontsierende reclame, wijziging
in het wegprofiel gepaard gaande met betonnen-
bruggenbouw en kappen van bomen, aanleg van
bovengrondse geleidingen voor hoogspanning, af
braak van molens en vestingwallen, verwijderen
van stoepen en trottoirs, aanleg van autobelten,
verval van buitens, enz. enz.
Nu weten wij waarlijk wel, dat gebrek aan schoon
heidsgevoel niet de enige oorzaak is. Maar wij weten
ook, dat bij aanwezigheid van gevoel voor en besef
van schoonheid, meestal een weg gevonden wordt
om de noodzakelijke wijziging in het landschaps-,
stads- of dorpsbeeld op bevredigende manier te
voltrekken.
Het gevaar, dat thans met een ruk de kop opsteekt
op verschillende plaatsen in Nederland tegelijk, is
dat der dempingen.
Hoezeer de afschrikwekkende voorbeelden in ons
land voor het grijpen liggen, toch komt de manie
om te dempen telkens en op de meest onverwachte
plaatsen terug. Deze maanden bereiken ons van
onze leden uit verschillende delen des lands de
klachten, waarvan er hier enkele volgen.
Nauwelijks waren de werkzaam
heden voor het dichtgooien van
een deel der haven in Bergen op
Zoom begonnen of noodkreten
kwamen uit Goes en Geertruiden-
berg, dat de havens gevaar mpen
voor demping. Het dichtgooien
van de Naaierstraat-Achter de
Vismarkt en de Raam in Gouda
maakt reeds lang een onderwerp
van bespreking uit en houdt de ge
moederen in beweging.
In Woerden dreigt de demping van
de Oude Rijn al zolang als de
Bond Heemschut werkzaam is.
Ditmaal wordt de dreiging weer
acuut.
Een krant bestond het zelfs te be
richten, dat ook Monumentenzorg
het beter achtte om alles in „een Bierkade te Goes
dermate goede toestand te brengen, dat gevaar
voor verzakking van de rijweg en instorting van de
huizen blijvend voorkomen wordt, dan de monu
mentale plekjes te behouden".
De Directeur van de Rijksdienst voor de Monu
mentenzorg verwijst met kracht dit bericht naar
het land der fabelen. Onomwonden berichtte hij
ons ,,De veronderstelling, dat Monumentenzorg
met een eventuele demping van de Oude Rijn zou
sympathiseren is volkomen onjuist". Niet alleen
heeft in 1932 de Monumentenzorg zich overtui
gend tegen een demping uitgesproken, ook in 1947
heeft zij wederom ernstig bezwaar gemaakt tegen
de ontworpen plannen, die demping inhielden.
In Heerenveen, waar een adviescommissie was
gevormd om een rapport over de demping van een
deel der Schoterlandse Compagnonsvaart uit te
brengen, luidde de conclusie afwijzend. De Com
missie noemde de demping van de z.g. Kolk geen
oplossing voor de gevoelde moeilijkheden. Integen
deel meende zij, dat een markant en zeer eigen
stedebouwkundig element van grote schoonheid
en doelmatigheid teloor zou gaan. Het element
water, zo zegt zij, heeft afgezien van de visuele
verdiepende en verlevendigende werking, een be
langrijke functie als stofvanger, aan welke eigen
schap veelal te weinig waarde wordt toegekend.
In Aalsmeer is intussen een sloot langs de Uiter-
weg, een der bezienswaardigheden van dit bloe-
41
folo Ton Koot