OPENINGSWOORD VAN DE VOORZITTER OP DE JAARVERGADERING VAN DE BOND HEEMSCHUT TE DORDRECHT Dames en Heren, vertegenwoordigers van de do nateurs en de gewone leden van onze Bond, bui tengewone leden, en introducés, het is mij een ge noegen u namens het bestuur van de Bond Heem schut hier welkom te kunnen heten in Hollands oudste stede. Met genoegen zie ik hier weer vele bekende gezichten, trouwe bezoekers van onze 'Heemschut-dagen, voor mij. Wij missen ditmaal tot onze spijt één bijzonder getrouw bezoeker, Mr J- K. van der Haagen, Hoofd van de Afd. Oud heidkunde en Natuurbescherming bij het Ministe rie van O., K. W., die naar het buitenland ver trokken is, maar het verheugt mij in zijn plaats hier zijn opvolger, de Heer E. A. Kuipers, welkom té kunnen heten. Wij hopen in hem in de toekomst ook een getrouw bezoeker te mogen zien; de ban den die ons aan zijn afdeling van het Ministerie verbinden doen ons zijn aanwezigheid op hoge prijs stellen. Terwijl wij een vorig jaar onze Heemschutdag in een der oostelijke provincies van ons land hielden, om over en weer kennis met elkaar te maken en banden aan te knopen, heeft het Bestuur gemeend ditmaal ter afwisseling weer eens in de kern van ons land bijeen te moeten komen, met het voorne men een volgend jaar weer een der buitenprovin cies te kunnen bezoeken. Het centrum en de bui tenprovincies in afwisselende volgorde, wat kan beter dienen om een web van draden over ons land te spannen, draden die dienen kunnen om ons ge hele land in ons werk te betrekken? Want in ons gehele land, in het centrum zowel als aan de bui tenkant, doen zich. bij voortduring Heemschut problemen voor, moet Heemschut voortdurend optreden en strijden ter verdediging van zijn doel einden en idealen. Dat wij dan nu eens in Hollands oudste stad zijn bijeengekomen, de stad die reeds omstreeks 1200 stadsrechten verkreeg, en in de vergaderingen van de Staten van Holland en Westvriesland de eerste plaats bezette, zal wel niemand verwonderen. Want hoewel Heemschut zich ook bemoeit met het scheppen van nieuwe schoonheid, en de nieu we autowegen, de nieuwe rivieroverbruggingen, de ordening van het nieuwgewonnen land, haar be langstelling niet onthoudt, ligt het toch in de rede dat waar zij ons heem wil schutten, dit vooral daar nodig is waar oude bestaande schoonheid te vinden is, en die door verwaarlozing en andere redenen gevaar loopt te verdwijnen. En men is zo geneigd te denken, dat in de oudste stad ook de meeste oude schoonheid te vinden is. Gedeeltelijk is dit ook wel waar, en is Dordrecht in die kwaliteit bij velen in den lande nog te weinig bekend. Wie hier als vreemdeling ronddwaalt, en vreemdelingen hebben vaak meer en scherper oog op zoiets dan inwoners, wordt telkens weer getrof fen door de mooie doorkijkjes over de havens en grachten, de oude gevels in de nauwe straten, en niet het minst door het prachtige aspect van de Onze Lieve Vrouwe Kerk, een aspect dat velen slechts kennen van uit de sneltrein, die over de brug over de Oude Maas raast. En dan vraagt de vreemdeling zich wel eens af, of de Dordtenaren zelf wel voldoende «doordrongen zijn van de schoonheid van hun stad, en, vooral, genoeg door drongen zijn van het feit dat ook hier het noblesse oblige geldt, en een bezit verplichtingen oplegt. Is er ook hier niet, als trouwens in andere steden, in de loop der eeuwen veel verknoeid wat gespaard had moeten blijven? En, wat van meer dadelijk belang is, zijn er hier in de stad niet verschillende gebouwen, die als het ware om eerherstel roepen Is Dordrecht wel actief genoeg op Heemschutge- bied? Naar ik verneem is de Vereniging „Oud Dordrecht" ter ziele gegaan; is er hier geen nieuwe kern te vinden om als verdediger der Heemschut gedachte op te treden? Er is hier, wij zullen het vanmiddag op onze wandeling zien, werkelijk nog veel te doem Alleen maar op het zo eenvoudige ge bied van de wering van ontsierende reclame: ik vermoed dat diegenen onder u die voor zij dit ge- 70

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1949 | | pagina 10