deze krachtcentra in het landschap een buitengewone levenskracht bezitten en door economische tegenslagen niet licht worden vernietigd. Toen alle levering van electrische stroom, stookolie en kolen practisch had opgehouden lag onze gehele industrie lam. Doch het waren de windmolens, welke fier en toch tegelijkertijd nederig het graan vermaalden voor de hongerende bevolking en het water wegsloegen uit de door over stroming bedreigde vruchtbare polders. Aanstonds na haar oprichting zocht de vereniging contact met het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. De toenmalige Minister, Dr De Visser, heeft het grote culturele belang van de molen bescherming ingezien en gelukkigerwijze is heF stand punt van het Ministerie gedurende de verstreken 25 jaren ongewijzigd gebleven. De vereniging werd aldus in belangrijke mate moreel gesteund, waarbij kwam dat zij jaarlijks nog een Rijkssubsidie ontving, waar van de gróótte wisselde met de toestand van 's Lands financiën. Minister De Visser sloot zich vrijwel onmiddellijk aan bij het streven van de vereniging, omdat hij het van groot nut achtte dat van particuliere zijde werd ge ageerd voor een zaak die in het bijzonder voor de Regering vele moeilijke en tegenstrijdige aspecten had. Reeds in October 1924 heeft hij een rondschrijven ge richt aan de burgemeesters van alle Nederlandse ge meenten, waarin duidelijk werd uitgesproken dat de Minister had besloten om „in samenwerking met de vereniging „De Hollandse Molen" zoveel mogelijk de instandhouding van de windmolens te bevorderen." Soortgelijke missiven zijn verzonden in de jaren 1930 en 1939. De Minister wees in de eerstgenoemde circu laire nog op de Ideeënprijsvraag, welke de vereniging toen juist had uitgeschreven. Het doel van deze prijsvraag (in September 1924) was, ontwerpen te verkrijgen tot het verbeteren van de Oudhollandse windmolen, waardoor hij aan de mede dinging van moderne 'krachtwerktuigen het hoofd zou kunnen bieden, zonder aan schoonheid te verliezen. Zij dankte haar ontstaan aan het streven, zowel om de molen als schoonheidselement in het landschap, dorps- of stadsgezicht te behouden, als om het windmolen- bedrijf als zodanig met de eisen des tijds te doen mee gaan. De verbeteringen mochten zowel uit- als in wendig worden aangebracht. Er kwamen niet minder dan veertig inzendingen binnen, waarvan een achttal een' geldprijs verwierf- tot een totaal bedrag van 1200.Uit deze prijsvraag zijn enige tech nische vondsten op molengebicd naar voren ge komen, .welke later nog werden geperfectionneerd, zoals o.m. de Dekkerwiek. Zoals U reeds gezien hebt wordt in de aanhef van de eerste brochure van de vereniging de mechanisch drijf kracht gekenschetst als het grootste gevaar dat de windmolens belaagt. Men kende in de twintiger jaren natuurlijk reeds de stoom-, motorische en electrische gemalen, die de poldermolens verdrongen, en de grote meelbedrijven die de industriemolens (vnl. korenmolens) in grote aantallen deden sneuvelen. Een factor in het nadeel van de korenmolen is altijd ge weest dat hij uit de aard der zaak bij windsdLe ge dwongen was werkeloos te blijven. Men onderving dit bezwaar door het aanbrengen van een motorische hulpinstallatie, 'b.v. de electromotor van Ericsson. Dit was op zichzelf vaak een uitkomst, doch het gevaar dook op dat de mulders, met de mechanische werk wijze vertrouwd gerakend, het eigenlijke windmolen- bedrijf steeds meer verwaarloosden. Dit werd in vrij sterke mate in de hand gewerkt door de tarieven van de electriciteitsbedrijven, welke bedrijven slechts dan een lage prijs per kwh berekenden indien de molenaar instond voor een bepaalde minimum stroomafname. Als gevolg daarvan ging de mulder ook met stroom werken wanneer de kostelijke en kostelooze wind door de hekken woei! Het spreekt van zelf dat de vereni ging ook in deze zaken actief was, doch het is te be- 21 1 Molen ui de polder Gnephoek na de slopmg. Foto J P Stnjbos Modcnic bemaling in tic pohlei bij Moeiktij'elk boto inch l'loll Molen

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1948 | | pagina 7