ONZE NIEUWE STATUTEN
De Statuten van de Bond Heemschut voldeden al sinds
geruime tijd niet geheel meer. Zij waren af en toe wat
verward, en ook niet steeds zeer duidelijk geformu
leerd, terwijl zij op andere punten verouderd waren
en geen juist beeld meer gaven van de structuur van
onze Bond. Zo werd nog te veel vastgehouden aan de
oorspronkelijke opzet, dat de Bond Heemschut in de
eerste plaats een Bond van verenigingen was, waar
naast de particuliere leden een minder belangrijke
aanhang vormden, terwijl in werkelijkheid de toestand
zo is, dat tegenwoordig het zwaartepunt ligt bij de
persoonlijke (de z.g. buitengewone) leden.
Het Dagelijks Bestuur had mij daarom enige tijd
geleden verzocht, nieuwe Statuten en een nieuw Huis
houdelijk Reglement te ontwerpen. Mijn concept is
toen behandeld in de vergadering van het Dagelijks
Bestuur van 16 October en in die van het Algemeen
Bestuur van 20 November j.1., in welke beide verga
deringen het ontwerp met enkele kleine wijzigingen
werd goedgekeurd. Nu moest de Algemene Vergade
ring er haar goedkeuring nog aan hechten. In de oude
Statuten was voorgeschreven, dat verandering der Sta
tuten slechts geschieden kon in een vergadering waar
in de helft der stemgerechtigde lichamen vertegen
woordigd waren. Als dat niet het geval was moest
binnen een maand een tweede vergadering gehouden
worden, die recht van beslissing had, onverschillig het
aantal der opgekomenen. Daar het wel uitgesloten
geacht moest worden, dat in een vergadering de helft
van onze gewone leden (dus ruim 40 instellingen) ver
tegenwoordigd zou zijn, werden de beide vergaderin
gen direct maar uitgeschreven en wel op dezelfde dag,
18 December, de eerste te 12 uur, de tweede te 2 uur
in de middag.
Dat voor de eerste vergadering slechts weinig per
sonen zouden overkomen was te verwachten, maar ook
voor de tweede was de belangstelling niet bijster groot.
Toch werd er nog een kleine verbetering aangebracht
naar aanleiding van een opmerking uit de vergadering.
Daar er waarschijnlijk ook onder de toen niet aanwe
zigen wel enige belangstelling voor de wijzigingen
bestaat, wil ik hier de belangrijkste daarvan even ver
melden.
De meest principiële wijziging is die van art. 1 van de
Statuten: het doel van de Bond. Terwijl het in de
oude Statuten slechts heette, dat de Bond zich ten doel
stelde te waken voor de schoonheid van Nederland,
is dit nu uitgebreid tot de volgende omschrijving: „De
Bond stelt zich ten doel te waken voor de schoonheid
van Nederland en het Nederlandse volk te overtuigen
van de noodzakelijkheid, mede te werken aan het be
houd en de bescherming van de bestaande, en het
scheppen van nieuwe schoonheid". Deze verandering
was gewenst, nu veel meer dan voorheen het accent
gelegd wordt op de propaganda voor de heemschut
gedachte onder ons volk, zoals die door ons blad en de
boekjes 'der Heemschut-serie geschiedt. De middelen
waardoor de Bond dit doel tracht te bereiken werden
voorts wat scherper geformuleerd dan voorheen, en
luiden nu als volgt:
„1. zich te wenden tot particulieren, besturende licha
men en overheid om te voorkomen dat de schoonheid
van Nederland zonder strikte noodzaak wordt aange
tast;
2. het geven van adviezen en inlichtingen aan belang
hebbenden inzake behoud en herstel van bestaande en
het scheppen van nieuwe schoonheid;
3. het bestuderen en doen bestuderen van de vraag
stukken, die op het instandhouden en vermeerderen
van het schone en karakteristieke in stad en land be
trekking hebben
4. het uitgeven van geschriften, het doen houden van
voordrachten, het organiseren van en medewerken aan
tentoonstellingen
5. andere wettige middelen die aan zijn doel bevor
derlijk kunnen zijn."
De samenstelling van de Bond bleef als voorheen be
staan uit gewone leden, buitengewone leden (welke
betitelingen uit traditie gehandhaafd bleven), ereleden,
donateurs en correspondenten. Het onderscheid tussen
buitengewone leden en donateurs werd, behalve in hun
hogere minimum-contributie, vastgelegd in de om
schrijving, dat de eersten het streven van de Bond
actief wensen te ondersteunen, terwijl van de laatsten
niet meer verwacht wordt dan geldelijke steun. Trou
wens ook lichamen (b.v. gemeentebesturen) kunnen
donateur worden.
Voor het Algemeen Bestuur werd bepaald, dat het uit
ten hoogste 35 personen bestaan zou, welke grens
naar boven vroeger niet was vastgelegd. Een te groot
bestuur werd eerder remmend dan bevorderend voor
het werk. Het Dagelijks Bestuur bleef bepaald op een
Voorzitter en ten hoogste 6 leden. Het artikel over de
commissies, tot nog toe in het Huishoudelijk Regle
ment ondergebracht, werd overgebracht naar de Sta
tuten, als zijnde van principiële aard. Hierbij werd er
tevens in voorzien, dat de commissies zich in sub
commissies kunnen splitsen. Ten slotte werd de be
paling over de statutenwijziging in zover praktischer
dat de helft der leden aanwezig is voor een beslissing,
maar voorgeschreven is dat de voorgestelde wijzigingen
bij de oproep vermeld moeten worden.
8