OP HEEMWACHT
33
Hel is wel een zeer merkwaardig tijdperk, waar
in wij leven, een periode vol legenstellingen. Er is
in de gehele wereld een algemeen verlangen naar
en behoefte aan rust en vrede en er heerst een
voortdurende onrust en onzekerheid.
In eigen land, waar wij opgescheept zijn met de
erfenis van een moordende bezetting en een ver
woestende oorlog, en omringd zijn door in min ol
meerdere mate ingezogen buurstaten, wordt dapper
gezwoegd, om orde op eigen zaken te stellen. Er is
een grote achterstand in de woningbouw en er is
een steeds toenemende bevolking. Er is groter be
koel te dap ooit, aan de rust en de schoonheid van
de natuur en er is de noodzaak om steeds meer
lorrcinen in cultuur te brengen ten koste van die
schoonheid.
Het is een zware lijd met veel teleurstellingen
voor allen, die strijden voor de schoonheid van ons
land; \oor allen, die naar de geest en metterdaad
Heemschutter zijn. Toch mag dat ons niet beletten
die strijd voor! te zetten. Er zijn meer individuelen
en tot verenigingen verbonden strijders voor Ncor-
land's schoonheid dan waarop wij ooit bogen kon
den. Er zijn meer ovorhoidsburcaux dan wij ooit
gehoopt hadden; en ziet hoe clezc wereld tegen
woordig is, er is meer oppervlakkigheid, meer on
verschilligheid en groter schennis en sloping dan
wij ooit gevreesd hadden. Vaak komt dit voort uit
fantasieloze zakelijkheid, uit zielloze nuchterheid,
enkel bedacht op berekend voordeel. Dat is een
uitermate gevaarlijke gesteldheid. Lieden, die onder
deze mentaliteit gebukt gaan, willen niet anders,
omdal zij niet anders kunnen. Zij missen de godde
lijke gave schoonheid te zien, en te kennen waar
deren. Helaas vervullen zij niettemin ook hoge
functies in overheidsdienst en tasten zij 'stands
schoonheid aan uit overwegingen van zeer een
zijdige aard.
Zo gaan ook handelingen om woeste grond in
cultuur te brengen, lijnrecht in tegen de noodzaak,
om in ons dichtbevolkte land voldoende gebied
open tc laten voor natuurlijke afwisseling en ge
zonde ontspanning, in ons van steden ovorkropl
land is het al lang niet meer enkel een ideëel be
lang hier geducht rekening mede te houden.
Zo worden in de historische stadskernen stijlvolle
oude huizen op Jast van de ene overheidsdienst ge
deeltelijk of zelfs geheel gesloopt, uit overwegingen
van veiligheid of hygiëne, zonder dat vooraf ge
wezen wordt op de mogelijkheid 0111 met behulp
van een andere overheidsdienst (Rijksmonumenten
zorg) het huis te behouden en tc restaureren.
Dat is vreemd, dat is tegenstrijdig, dat is niel doel
treffend en niel in het belang van hef land.
Komt dit alles alleen uil de onrust des tijds
voort, dan is het zeer wenselijk, dat, zoals een In
diaanse zegswijze luidt, er spoedig vrede dale in
de harten der mensen.
Het was weer vreemd en tegenstrijdig in de af
gelopen maanden uit het Stedelijk Museum Ie
Amsterdam een grote hoeveelheid gevel fragmenten
van kunsthistorische betekenis naar buiten te zien
brengen om o.a. op de openbare weg tc worden
uitgelegd, voor een deel bestemd om door moderne
beeldhouwers verwerkt te worden,' voor een cleel
-bestemd voor de puinhoop.
Het betrof hier de gedurende tientallen jaren,
dank zij het optreden van enkele serieuze belang
stellenden, bijeengebrachte verzameling mijl- en
banpalen, gevelstenen, gehele topgevels en talloze
kostelijke bouw fragmenten, welke gered waren van
slop in gen te Amsterdam.
Het was vooral de verdienste van de oud-
hoofdinspecteur van het Gemeentelijk Bouw- en
Woningtoezicht, de Heer E. van Houten, dal deze
fragmenten, hier bijeengehouden, geïnventariseerd
en in tekening gebracht waren.
Het was de bedoeling de fragmenten ter beschik
king te houden van hen, die bouwden in de bin
nenstad, zodat de fraaie fragmenten op de best
mogelijke wijze weer aan hun oorspronkelijke be
stemming konden voldoen. Dit is in overleg met de