n Een nieuwe bedreiging: sloping van de Torensluis - Amsterdam Hoe gaarne wij bereid zijn ons node neer te leggen bij een beslissing, die op gedegen technische argumen tatie berust, moet het ons toch van het hart, dat het ons als onaannemelijk in de oren klinkt, dat een brug „op" zou zijn en dat het onmogelijk zou zijn met de technische vaardigheid, waarover de vaklieden beschik ken, een brug te restaureren. Eerder vragen wij ons af: Is hier werkelijk een eerlijke wil aanwezig om een der oudste nog bestaande driebogige bruggen van Amsterdam en één, die met een zeer bewogen geschie denis zo nauw verbonden is aan de ontwikkeling^ van de stad en die daarin zo goed past, te behouden? Wij vrezen, dat wij hierop uit de grond van ons hart neen moeten zeggen. De sluis werd al eerder geschonden, dat was in 1829 toen de Jan Roodenpoort werd gesloopt, die aan de binnenkant van het Singel in de stadsmuur was gebouwd. In stede van een initiatief om!de poort en sluis weer in oude luister te herstellen, komt nu het plan om de gehele brug maar af te breken. Het plan voor een nieuwe brug ligt zelfs kant en klaar! De hierbij gereproduceerde foto laat zien, hoe fraai de brug van verhouding is en hoe goed zij uit de wal oprijst. Zij laat zelfs door een houten deurtje nog zien, hoe hier de toegang is tot de gewelven, waar - in het jaar 1652, na de brand van het oude stadhuis op de Dam, het gemunte en ongemunte goud en zilver uit de wisselbank werd geborgen. Deze gewelven zijn later gebruikt als de vertrekken van de Geweldige of de Provoost van de Stadsbezetting. De brug is een monument, zij is bovendien niet in gebruik voor zwaar verkeer, wij vertrouwen dan ook, dat men spoedig op zijn voornemen zal terugkeren en ernstig onder ogen zal zien om een grondige ïestauratie te verrichten en de brug, die een deel van het historisch schoon van Amsterdam uitmaakt, te behouden. Ton Koot.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2023 | 1947 | | pagina 4