4
Monumenten yan geschiedenis en kunst",
vanwege de Rijkscommissie voor de Monu
mentenzorg, een inventarisatie, zonder meer.
In de Meidagen 1940 gleed er een stuk door
den officieelen molen, bedoeld als oorlogs-
besluit,geteekend door het kortstondige
Staatshoofd, door den Opperbevelhebber -
van Land- en Zeemacht, den Generaal Win
kelman, 23 Mei 1940, in enkele woorden ver
biedende, dat er aan eenig oud bouwwerk in
Nederland niets mag gebeuren zonder goed
keuring van de Rijkscommissie voor de Mo
numentenzorg. Dit werd eerst later ontdekt,
zie mijn publicatie in Heemschut 1941. Een
éénregelige monumentenwet.
Dit decreet ging in één regel verder dan
eenige Monumentenwet kan gaan, het om
vatte alle oude bouwwerken, ook al waren
ze niet vermeld in de Voorloopige Lijst.
Dit m'erkwaardige Besluit werd bijna vijf
jaren daarna, 7 Mei 1945, vervangen door
een Wederopbouwbesluit en kreeg daardoor
bindende kracht, waardoor de Rijkscommis
sie voor de Monumentenzorg aan het behoud
of de verandering van de in de Voorloopige
Lijst" genoemde monumenten eischen kan
stellen. Dit Wederopbouwbesluit, thans
Nederlands Monumentenwet, is kort, 3
regels, en luidt:
Koninklijk Besluit van 7 Mei 1945, houdende
voorzieningen betreffende wederopbouw van
het grondgebied van het Rijk in Europa.
Artikel 7. Werken en gebouwen, die als
monumenten zijn aangemerkt, worden niet
gesloopt of veranderd dan na voorafgaande
toestemming van de Rijkscommissie voor de
Monumentenzorg.
Inmiddels is de Amsterdamsche Gemeentelijke
Monumentencommissie verdwenen; haar taak
is overgenomen door de „Commissie voor de
Oude Stad", zijnde een onderdeel van de Ge
meentelijke Schoonheidscommissie.
Omdat de Rijkscommissie voor de Monumen
tenzorg wel genoeg te doen zal hebben, heeft
deze de uitvoering van vermeld Wederop
bouwbesluit voor Amsterdam toevertrouwd
aan de Commissie voor de Oude stad. Deze
heeft derhalve nu het heft in handen. Komt
een aanvraag binnen voor vernieuwing of af
braak, dan raadpleegt zij de „Voorloopige
Lijst", om daarna te oordeelen.- Dat wil niet
zeggen, -dat al wat daarop staat „hands off"
is. Het gaat er maar om, de schoonheid te
dienen.
De Voorloopige Lijst is echter verouderd,
Zij is niet volledig. Hier en daar zijn inte-
rieurs vermeld, doch niet overal zal de buiten
deur opengestaan hebben. Er is sedert 1925
veel verdwenen en veranderd. Er is behoefte
aan een echte Monumentenlijst, een „Ge-
illustreerde Documentatie en Beschrijving"-,
zooals reeds van enkele steden en gewesten
bestaat.
Deze „Beschrijving" zou, zoo was bij de
stichting van het Rijksbureau voor de Monu
mentenzorg in 1918 gedacht, geschieden door
'de leden der Rijkscommissie voor de Monu
mentenzorg, doch daar kwam niet veel van.
Toen werd de taak overgenomen door de
kunsthistorici van 't Rijksbureau. Zij brach
ten een aantal deelen tot stand. Doch het lijkt
er nog niet naar, dat daarmede gansch Ne
derland' beschreven is.
Daarvoor behoeven we ons niet te schamen,
want Nederland is het eenige land van West-
Europa (en daarbuiten weet men er nog niet
van), dat een Voorloopige Lijst der irfonu-
menten van het geheele land bezit, laat staan
een echte Documentatie.
Inmiddels is de „Beschrijving" weg bij de
Rijkscommissie voor de Monumentenzorg. Er
is in 1946 gekomen een Rijksmonumenten-
Heerengracht 546, Amsterdam