DE COMMISSIE „STAD EN DORP',' 46 Zooals in het vorige nummer bekend gemaakt w.erd, wordt, thans iets meer mede gedeeld over de Commissie „Stad en Dorp". Haar ontstaan dankt zij aan het en thousiasme, dat gewekt werd door eenige opstellen van Mr W. J. van Balen in de „Toeristenkampioen" over de restauratie van geheele stadsgedeelten in het buitenland.. Hierdoor vatte het Bestuur' van den Bond Heemschut het plan op, een commissie te stichten .voor het behoud, de restauratie, zoo noodig reconstructie van het stads- schoon. Door dezen maatregel zouden de Commissiën' het geheele land bestrijken in zijn drie geledingen: stad, dorp en landschap. Mede door de richtlijnen voor het werk der Commissie, opgesteld door den Heer H. Cleyndert Azn, zouden de leden' der Commissie spoedig geïnstalleerd zijn, ware het met, dat de langdurige ziekte van hun voorzitter den Bestuurssecretaris alles een tijd opschortte. Op zijn ziekbed schreet de Heer Kok echter een rapport over het werk van den Bond Heemschut en der Commissiën. Hierin stelde hij voor, de Commissie „Het Dorp" samen te voegen met de nieuwe commissie, daar een scheiding tusschen beide 'moeilijk was vast te stellen, en de zoo ontstane organisatie te noemen „Stad en Dorp". Tevens zag de Heer Kok van het voorzitterschap af, zoodat geheel nieuwe maatregelen genomen moesten worden. Door het Bestuur werden voorloopige richtlijnen opgesteld, de leden gekozen en een datum voor installatie vastgesteld. Op 24 Mei werden dan geïnstal leerd als lid der Commissie „Stad en Dorp" de Heeren: Ir J. F. van Hoytema, wnd Voorzitter; G. Scholten, Secretaris; J. R. Koning, gedelegeerde van het Dagelijksch Bestuur; Mr W. J. van Balen; A. A. Kok; F. H. W. van der Laan; Mr P. J. Mijksenaar; Dr M. D. Ozinga; C. W. Róyaards. In de installatie-vergadering werd besloten, dat de Commissie zich in de eerste plaats zo.u' 'bepalen tot het opmaken van een lijst van in aanmerking komende objecten, van de reeds bestaande plannen tot herstel, van de bevoegdheden en verordeningen. De doelstellingen der Commissie zijn veelzijdig: Men zal trachten, geheele complexen (straatwanden, markten, pleinen, hofjes) te doen restaureeren. Daarvoor moet eerst veel studie verricht worden, moeten de eigenaars en de Overheid belangstellend en genegen tot hulpverleening gemaakt worden. Verder spreekt het vanzelf, dat ook de vloeren van straten en pleinen, de beplanting, trambanen, vluchtheuvels en zooveel meer bijdragen tot het aanzicht; derhalve zullen deze mede bestudeerd moeten worden, zoodat de restauratie van een marktplein of een straat tot een stedebouwkundig vraagstuk wordt, dat vele mogelijkheden biedt. Daarbij dient rekening gehouden te worden met de eischen van het verkeer, de auto en de tram en al wat wielen heeft, maar daarbij dient de plaats voor den voetganger niet vergeten te worden. Een middenweg zal gezocht moeten worden tusschen de oude marktpleinen zonder „ver keer" en de nieuwe met overdadige hoeveelheid cement en asfalt. Dat deze taak zeer zwaar is, zal een ieder begrijpen; maar om het Heemschut- ideaal te bereiken, kan men nooit genoeg moeite doen. Enthousiasme.en overleg heb ben steeds den Bond Heemschut'gekenmerkt, zoodat wij niet mogen'twijfelen aan de goede resultaten, die uit zijn werk zullen voortvloeien. J. P. B.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1944 | | pagina 12