16
LANGSDEVECHT
Er zijn twee Vechten. En ook de tweede, de minder bekende, de Overijsselsche, is
de moeite van een bezoek en een beschrijving ten volle waard. Maar wie van de Vecht
spreekt, denkt toch vooral aan de Utrechtsche, de beroemdste, stellig ook wel de
mooiste, van de twee.
Wie langs de Vecht wil gaan, moet in de stad Utrecht beginnen. Een zeer prozaïsch
begin, zoo is wel vaak opgemerkt. Dat is echter zeer betrekkelijk, zooals er wel meer
dingen over de Vecht beweerd zijn, die slechts zeer betrekkelijk waar moeten heeten. V
De Vechtstroom vangt aan bij de Utrechtsche Weerdsluis aan het eind van de
Oude Gracht. Dat is weliswaar geen landelijk begin, maar het is toch allerminst een
begin zonder poëzie. De Domtoren op den achtergrond, het water en de kaden van
de Oude Gracht met de singels ter weerszijden op den voorgrond, het schilderachtige
scheepvaartverkeer. Waarlijk, de Vecht zou in minder aantrekkelijke omgeving zijn
ioop kunnen beginnen. We moeten dan verder eerst wel een heel stuk stad doorkruisen
•van niet altijd even verheffende allure, voor het uitgestrekte landelijke deel van het
Vechtgebied begint, maar we kunnen op den linkeroever aan den waterkant
blijven en waar water is, is het eigenlijk altijd mooi. Bij de Roode brug, een klapbrug,
die het bijzonder goed in het stadsbeeld doet, begint dan het landelijk gedeelte. Of lie
ver het meer landelijke, want ook verder in Zuilen en Maarssen en Breukelen drin
gen af en toe fabrieken en stukken moderne aaneengesloten bebouwing dicht naar
den Vechtoever op,, als een inbreuk op en een aantasting van het oorspronkelijke
landschap. Of voor wie het optimistisch wil zien en ook deze opvatting heeft haar
goede gronden als een niet steeds onwelkome variatie in het oeverbeeld, dat hier
en daar, vlak voor Maarssen bijvoorbeeld, een eigen schoonheid bezit.
Als we de Roode brug gepasseerd zijn en nu verder den rechter oever volgen, nade
ren we al spoedig het oude landelijke gedeelte van Zuilen. Dit dorp heeft zich de
laatste jaren aan den kant van spoorbaan .en 'Merwedekanaal-in de richting van
Utrecht geweldig en niet altijd even gelukkig uitgebreid. Maar het oude dorpje zelf
ligt daar nog vrij ongerept, zooals het daar lag sinds eeuwen aan den waterkant,
met Kasteel en Kerk en wat oude gebouwen van meer ofminder statige allure, en
'veel geboomte; een prachtig geheel. De twee gaaf gerestaureerde en verdekkerde
molens even buiten het dorp sluiten zich daar mooi bij aan. De rivier maakt nu een
zeer diepen S-vormigen bocht. Aan dien bocht ligt aan den overkant een groote boer
derij, laat 19de eeuwsch, dus op zichzelf niet fraai, maar met zeer indrukwekkende
oude linden er omheen. Daarop volgt het fabrieksgedeelte naar Maarssen .toe; hoofd
weg, kanaal en spoorweg naderen hier zeer dicht, tè dicht, den Vechtoever. Toch zijn
de fabriekssilhouetten op zichzelf niet leelijk en zij geven dit stuk Vechtlandschap ver
levendiging en'afwisseling, die daarna de sfeer der oude buitenplaatsen des te meer
waardeeren doet. Trouwens Breukelen, Loenen, Vreeland, en het reeds genoemde
Zuilen, behooren tot de mooiste en voor een deel ook best bewaarde dorpen, elk met
een eigen karakter; al wordt dat karakter voor een groot deel door de pittoreske
ligging aan de Vecht bepaald.
Het Vechtlandschap zelf behoort ongetwijfeld tot de mooiste landschappen van ons
vaderland. Hier is een wel zeer gelukkige combinatie van natuur en cultuur bereikt.