82
niet voldoende van onkruid of vuilnis te reinigen, dat daardoor naar het oordeel
van den Commissaris der Provincie de schoonheid van de omgeving wordt geschaad.
ART. 9. Autobelten. Het is verboden op een onroerend goed te hebben, te bergen
of geborgen te houden oud ijzer, glas, afbraak, afval, lompen alsmede onbruikbare
of aan hun bestemming onttrokken auto'ts, motorwagens of andere rij- of voertuigen
of onderdeelen daarvan, indien daardoor de schoonheid van de omgeving naar het
oordeel van den Commissaris der Provincie wordt geschaad.
ART. 10. Sanctie. Hij, die de verbodsbepalingen van deze verordening overtreedt
of handelt in strijd met eene der voorwaarden bedoeld in het tweede lid van art. 4,
wordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijf en zeventig gulden.
.ART. 11. Toezicht. Met het toezicht op en de zorg voor de naleving dezer ver
ordening zijn, behalve de bij art. 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen
personen, belast de ambtenaren van den Provincialen Waterstaat en de arbeiders
in vasten dienst der Provincie op de Provinciale wegen en de door den Commissaris
der Provincie aan te wijzen personen.
Zij hebben daartoe tusschen zonsopgang en zonsondergang het recht van vrijen
toegang tot alle gronden en gebouwen, woningen uitgezonderd.
ART. 12. Deze verordening kan worden aangehaald als „Schoonheidsverordening".
Algemeene richtlijnen. 1. Reclames van algemeenen aard op vrijstaande borden
mogen geen grooter oppervlakte hebben dan 1 M2.
2. Met uitzondering van uithangborden, lichtbakken daaronder begrepen, worden
aan gebouwen reclames alleen toegelaten, indien bevestigd tegen het gevelvlak, op
regelmatige wijze verdeeld en aangebracht tegen de penanten naast de deuren of
ramen, boven winkelramen of geschilderd op het fries van de daklijst. Niet meer
dan 3 reclames, in totaal beslaande 0,7 M.2 mogen worden aangebracht.
De oppervlakte van elk der reclames mag niet grooter zijn dan 0,35 M.2 tenzij
het betreft reclames geschilderd op het fries van de daklijst.
Op de deur en de ramen van een winkel mogen aan buitenzijden daaryoor bestemde
kleine reclameplaatjes worden aangebracht (met een grootste middellijn van ten
hoogste 30 c.M.) mits niet meer dan 1 plaatje op de deur en 1 op elk raam.
3. Ten hoogste één uithangbord (of lichtbak) worde toegelaten. Dit mag niet meer
dan 1 M. naar voor voren springen, gemeten van den gevel af. De oppervlakte
mag niet meer dan 0,7 M.2 bedragen.
4. Geen reclames worden toegelaten in tuinen.
5. Geen reclames worden toegelaten tegen boomen, veranda's of koepels, evenmin
tegen sluizen, bruggen, viaducten, taluds van spoorbanen. Stationsgebouwen mogen
alleen van reclames worden voorzien aan de zijde van .spoorbaan of emplacement.
6. Ernstig worde gewaakt tegen schending van landschapsschoon door ondernemingen,
welke buiten de Provincie of het Rijk zijn gevestigd en voor reclamedoeleinden in
het bijzonder plaatsen langs de groote verkeerswegen zoeken.
Evenzeer dienen te worden geweerd borden, aangebracht tegen of in de nabijheid
van gebouwen of groepen van gebouwen, waarin de verkoop van de betreffende
en/of aanverwante artikelen niet als hoofdbedrijf wordt uitgeoefend.
In het bijzonder wordt de aandacht gevestigd op reclames voor levens- en brand
verzekeringmaatschappijen, auto's, benzine, olie, bieren, genever, wijnen. Ernstige
matiging verdient aanbeveling in het aanbrengen van reclames ten behoeve van
café's, hotels, pensions, en alle bedrijven, die op vreemdelingenverkeer zijn aangewezen.