59
PUBLICATIE VAN HET DEPARTEMENT O. W. K.
Het Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kuituurbescherming heeft sedert
kort een Halfmaandelijksch Tijdschrift, verkrijgbaar ter Landsdrukkerij. Uit de
werkzaamheden van de Afdeeling Kuituurbescherming en Wetenschap, voorkomende
in No. 4 van 1942 van voornoemd tijdschrijft, blijkt hoe veel omvattend de werk
zaamheden van deze afdeeling zijn. Eerst trekt het de aandacht dat in deze officieele
publicatie is vermeld dat tot de taak van het Departement behoort „de zorg voor
de natuurbescherming en de heemschut". Het woord Heemschut dat ruim 30 jaar
geleden werd gemaakt en gekozen voor den naam van onzen Bond, is derhalve tot
een gedachte geworden; voorwaar een succes voor hen die zoovele jaren geleden
het pionierswerk begonnen. De thans verschenen publicatie is in hoofdzaak aan de
natuurbescherming gewijd. Het is een verslag van den Chef der afdeeling Kuituur
bescherming en Wetenschap aan den Secretaris-Generaal.
De Heer Ir W. G. VAN DER KLOOT, de vroegere secretaris van de Contact
commissie voor de natuurbescherming, werd aan de afdeeling van het Departement
verbonden. Tot adviseurs werden benoemd de Heeren Mr Dr E. J. BEUMER, voor
zitter der Centrale Commissie voor natuurbescherming, Dr J. A. VAN STEYN,
Directeur van het Staatsbo'schbeheer en Mr P. G. VAN TlENHOVEN, voorzitter
der Vereeniging tot Behou'd van Natuurmonumenten.
Van beldng is de samenwerking met den nieuwen Rijksdienst voor het Nationale
plan, welke „biedt een waardevolle mogelijkheid om te voorkomen, dat het reeds
zoo sterk ingekrompen natuurschoon in ons land anders dan in geval van dringende
noodzaak verder zal worden aangetast".
Afzonderlijk worden behandeld de bemoeiingen betreffende Noordwest—Overijsel,
de Kralosche heide in Drenthe, de afgraving van den St. Pietersberg, de aalscholvers
kolonie Lekkerkerk, het Zwarte Water, de wallen van Stein, de fiscale lasten op
natuurmonumenten, de opleiding van den landschapsarchitect, terwijl ook de
Heemschutserie van den Bond Heemschut wordt genoemd. Alles bijeen een belang
rijke publicatie van de afdeeling K. W. van het Departement van O. W. K.
AMSTERDAMSCHE GEVELSTEENEN BUITEN AMSTERDAM
In den laatsten tijd is mij gebleken, dat verscheidene gevelsteenen, welke eertijds
in Amsterdam stonden, naar buiten de stad verhuisden. Zoo vond ik er een aantal
te Aerdenhout en zelfs een op Terschelling, welke in Amstelodamum gesignaleerd
werd. Het is niet uitgesloten, dat nog meer zulke steenen aan of in villa's
en landhuizen te vinden zijn, welker herkomst misschien tot Amsterdam terug te
brengen zou zijn. Mag ik een beroep doen op de lezers, mededeeling te doen aan
de redactie als zij een ouden Amsterdamschen gevelsteen hebben gevonden of
bezitten, onder vermelding van het opschrift en omschrijving van de voorstelling,
eventueel geschetst of gefotografeerd? Het resultaat zal zoo mogelijk vermeld
worden in een werkje over Amsterdamsche gevelsteenen, dat binnenkort in de
Heemschut-serie zal verschijnen. H. W. ALINGS.