HEEMSCHUT
119
Bij de vele vraagstukken die zich voordeden is wel het eenvoudigst een overzicht
te verkrijgen aan de hand van de rubrieken die vele jaren het secretariaat werk
verschaften.
Het vraagstuk der ontsierende reclame werd losgelaten. Het is opmerkelijk gade te
slaan hoe de ontsiering der steden toeneemt en daarmede hun geheele aanzien
zakt, wanneer niet regelmatig de hand wordt gehouden aan het opruimen van
ontsieringen. De reclame in het landschap nam niet toe. De fabrikanten hadden
blijkbaar weinig behoefte aan adverteeren. Alleen de verzekeringmaatschappijen
doen nog alom het landschap, de steden en dorpen ontsieren door hun, met jaar
tallen gedocumenteerde, geëmailleerd ijzeren borden, als even zoovele, inktvlekken
op het schilderij, als aantasting van de schoonheid van stad en land.
Als vervolg op de Documentatie van Landelijke Bouwkunst, waarvoor ten vorigen
jare een Stichting in het leven geroepen werd en door de behoefte aan werk voor
bouwkundige .teekenaars, werd met medewerking van de Overheid, Monumenten
zorg, Gemeentelijke bureaux en belangstellende architecten die hun ateliers ter
beschikking stelden, ter hand genomen het opmeten en in teekening brengen van
oude bouwwerken, waarvan nog geen opmetingen bestaan. Dit is nuttig voor de
toekomst, als studiemateriaal, voorbereiding voor restauratie en tevens leerzaam
voor de jonge menschen die het doen. Zoo worden hier in Haarlem de oude hofjes
opgemeten en in teekening gebracht met medewerking van de chefs van de
Gemeentelijke Openbare Werken.
Het aloude vraagstuk van de demping van grachten schijnt tot stilstand te zijn
.gekomen omdat men is gaan begrijpen dat bij een stedelijke waterleiding een grooter
watergebruik en een rioleering behoort, de grachten niet als open riool dienst
kunnen doen. Gememoreerd dient het krachtige voorbeeld dat Haarlem gaf met
de Bakenessergracht, die dreigde gedempt te worden, doch die, na grondige bestu
deering van dit geval, behouden kon blijven. Aan de herstelling van kademuren,
een rioleering en wat daar verder bij te pas komt, is door de tijdsomstandigheden
nog niet begonnen. Nog juist te laat, ging te Gouda een doodloopende binnen
gracht, die ernstig vervuild was, de Nieuwe Haven, verloren, met het bekende
resultaat, een breede, ledige straat met oude lage bebouwing die daar niet bij past.
Te Rotterdam werd de Schie gedempt met het puin van de afbraak van de ver
woeste binnenstad. Nieuwe vraagstukken kwamen op dit gebied niet naar voren.
De molens stonden zeer in de belangstelling. Eenerzijds werden veel molens ver
woest of beschadigd, eerst door oorlogsgeweld, later door een feilen storm. Dit
gold vooral de Zuidelijke provinciën. Anderzijds kwam de behoefte om den wind,
als gave der natuur, toe te passen voor beweegkracht der molens. Bij de herstelling
en redding van de molens moet aan de Vereeniging „De Hollandsche Molen" en
speciaal aan haar Bestuurslid den heer Jhr Mr F. VAN RlJCKEVORSEL te 's-Her-
togenbosch dank worden gebracht. Eenige keeren kon de Bond Heemschut de
hand reiken door een matige bijdragei Dit betrof de molens te Asperen, Willem
stad, Sprang, Meeuwen en Westkapelle. De molens worden van Overheidswege
beschouwd als monumenten van geschiedenis en kunst» Dit bracht mede dat het
Departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming, geadviseerd