HEEMSCHUT
121
UIT HEEMSCHU T'S LEDENKRING
XIII. HET OVERSTICHT.
Een vorig maal bespraken wij de verslagen van drie stedelijke organisaties, thans
zijn drie provinciale aan de beurt. Het Oversticht, „Genootschap tot bevordering
en instandhouding van het landelijk en stedelijk schoon in de provincie Overijssel
zendt ons zijn jaarverslag over 1939 toe, te zamen met die van de Overijsselsche
Schoonheidscommissie en de Overijsselsche Landschapscommissie. Het Genootschap
hield zijn zomervergadering te Zutphen, in samenwerking met het Geldersch
Genootschap tot bevordering en instandhouding van de schoonheid van stad en
land, welke vergadering besloten werd met een gemeenschappelijke excursie, waarbij
oude gebouwen in Zutphen en het pompstation Eefde van het Twente-Rijnkanaal
bezichtigd werden. Wel mede ten gevolge van dit gezamenlijk vergaderen wendde
het bestuur van het Oversticht zich tot Gedeputeerde Staten van Overijssel, om
te trachten, de Geldersche provinciale reclameverordening ook in Overijssel ingang
te doen vinden. Volledig succes werd hiermee niet bereikt, maar Gedeputeerde
r Staten bleken bereid, de bestaande verordening scherper uit te voeren. Ook met
andere organisaties werd samengewerkt; geijverd werd, zij het helaas ook zonder
succes, voor het behoud van den ouden gevel in de Groote Overstraat, vermeld
in de voorloopige lijst voor Overijssel van de Nederlandsche Monumenten van
geschiedenis en kunst, voor plassen bij Hengelo, die in het uitbreidingsplan dier
stad konden worden opgenomen, voor een oude boerenhoeve in Tubbergen,
waarbij bevredigend resultaat bereikt werd, als ook tegen het in werkverschaffing
uitbaggeren van wateren in N.-W. Overijssel, waardoor gevaar dreigde voor de
vernietiging van plantengroei en het verdwijnen van de kolonies van de zwarte
stern. De Rijksinspectie voor de werkverschaffing gaf een bevredigend antwoord
op dit rekest.
De Schoonheidscommissie beoordeelde 229 bouwplannen, waarvan 72 direct goed
en 28 afgekeurd werden, 28 ontwerpen voor grafmonumenten en 4 ontwerpen
voor reclamevoor werpen. De Landschapscommissie gaf allerlei adviezen in zake
landschapsschoon, o.a. aan Ootmarsum en Steenwijk. Somber gestemd is het verslag
over den - toestand in het noordwestelijk deel der provincie, waar de ontginning
op groote schaal geregeld verder gaat, en veel natuurschoon en veel van de rijke
flora en fauna verloren ging of met uitroeiing bedreigd wordt. Met de Contact
commissie werd getracht, te redden wat nog te redden valt. Intusschen is een van
de mooiste deelen van dit moeras- en merengebied, de Groote Otterskooi, aan
gekocht door de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten, en daardoor
voorloopig veilig.
XIV. PROVINCIALE ZEEUWSCHE SCHOONHEIDSCOMMISSIE.
Ook in Zeeland staat de "reclameverordening thans in het centrum der belangstelling.
Tien maal werd aan Gedeputeerde Staten advies uitgebracht over aanvraag om