HEEMSCHUT
35
COMMISSIE DE WEG IN HET LANDSCHAP
De Commissie „De Weg in het Landschap" zond onderstaand adres aan Heeren
Gedeputeerde Staten van alle elf Provinciën.
HoogEdelgestrenge Heeren,
Het moge de Commissie „De Weg in het Landschap" („W.I.L."), Sub-Commissie
van den Bond Heemschut, vergund zijn zich met het volgende tot Uw College
te wenden.
Zooals wij bij Uw college bekend meenen te mogen veronderstellen, is het doel
van onze Commissie de bevordering van een goeden landschappelijken aanleg en
behandeling van de verschillende soorten van wegen in ons land: landwegen,
waterwegen, spoorwegen, enz. Deze doelstelling sluit tevens in het waken tegen
onnoodige ontsieringen van al deze wegen.
Wat de spoorwegen betreft, zoo mogen wij te dien aanzien zoo vrij zijn Uwe
aandacht in te roepen voor de vaak sterk ontsierende en het uitzicht'van de
reizigers bedervende bebouwing langs de spoorbanen. Het meest ontsierende is
deze bebouwing, wanneer de huizen worden gebouwd met den achterkant naar
de spoorbaan gekeerd; de voorbeelden van dit euvel zijn helaas overal in ons
land te vinden; om slechts enkele gevallen van niet te ouden datum als in
Amsterdam en Rotterdam te noemen, wijzen wij op de spoorlijnen Bilthoven
richting den, Dolder, AmersfoortKoppelpoort in oostelijke richting aan de zuid
zijde van de spoorbaan, gemeente Bussum in de richting Hilversum, Arnhem
richting Velp, Zutphen, oostelijk van het stationsemplacement, Nieuwer-Amstel
richting Aalsmeer, enz.
Wij zien, om een recent geval te noemen, dit proces nu reeds enkele jaren in
vollen gang langs de spoorlijn Haarlem's-Gravenhage, tusschen de stations
Haarlem en HeemstedeAerdenhout, waar het vroegere uitzicht op het zoo aan
trekkelijke landschap in die streek heeft moeten plaats maken voor den aanblik op
den achterkant van deels arbeiderswoningen, op schuren, krotten, verwaarloosde
achtererven en al wat daarbij hoortWij meenen hier terecht van een verwordings-
proces te mogen spreken, waaraan in het algemeen zoo spoedig mogelijk paal en
perk dient te worden gesteld.
Ook het nieuwe stratenplan van de gemeente Voorburg langs'den spoorweg
den HaagGouda, en het nieuwe partieele uitbreidingsplan van Leeuwarden, zijn
voor een gedeelte in dezen geest ontworpen.
Naar onze meening is dit ernstige euvel te voorkomen, door de gemeentelijke
uitbreidingsplannen ?oo te ontwerpen, dat de spoorbanen zullen worden begrensd
niet direct door de bebouwing, doch door den verkeersweg, waarvan alleen de
niet aan de spoorbaan grenzende zijde wordt bebouwd, zoodat dan de huizen met
den voorkant naar den spoorweg zijn gekeerd. Wordt dan verder de strook grond,
gelegen tusschen den spoorweg en de daarmede parallel loopende straat voor
plantsoenaanleg bestemd, en zorgen de Nederlandsche Spoorwegen voor een goede