":,k HEEMSCHUT
MAANDBLAD VAN DEN BOND HEEMSCHUT
ST. SYLVESTER-GEDACHTEN
BESCHERMVROUWE: H. M. DE KONINGIN
Ons vlijtig, vreedzaam Volk is thans gedoemd te wachten,
Te wachten, tot het bitt're eind, als alle krachten
Door Ares opgeroepen, zijn verteerd.
Tenzij, bijtijds, de Rede wederkeert,
Daar is het wachten op, reeds vele dagen, nachten
Ons oud' Europa heeft nu andermaal te duchten,
Dat d'oorlog duren zal, zoolang xde luchten
Vervuld zijn van gerucht en d'ijdlen waan,
Dat slechts de Tegenstander heeft misdaan
En plukken zal van d'euveldaan de wrange vruchten.
Voort gaan de Parcen met het spinnen harer draden
En Janus, God van Oorlog en van Tijd, laat raden,
Met dubbel aangezicht, wie 't winnen zal.
Intusschen staat 's Lands weermacht pal
En wacht de Natie af, onwrikbaar, vastberaden.
Één ding staat vast en d'Eeuwen hebben het bewezen,
Dat Nederland, hoe klein ook, niemand's knecht wil wezen.
Het draagt den oorlogslast en zoekt geen strijd,
Maar wie de grens van Holland overschrijdt,
Vindt hier een weerbaar Volk, bezorgd, maar zonder vreezen
EPILOOG:
Toen nog niet alle hoop op Vrede was verloren,
Werd in ons Vorstenhuis een Kindeke geboren.
Dat, schoon Symbool, den naam „IRENE" draagt:
Geef Heer, dat onze Lands-Vorstinne slaagt,
Als Zij opnieuw Haar Woord voor Vreê-Herstel laat hooren!
ARNHEM, 31 December 1939.
H. LAMSVELT.
