HEEMSCHUT
113
ANTWERPEN. KANTOORGEBOUW VAN OMMEREN
Op bouwkundig gebied, komen we, in onze goede Sinjorenstad, nogal zonderlinge
toestanden tegen. Dikwijls heeft ons maandblad al geprotesteerd tegen het optrekken
van flatgebouwen, die, als men ze vergelijkt met de onmiddellijke omgeving, op
reuzen gelijken tegenover dwergen.
Men weet dat, in de vroegere gebouwen, de gevelvensters steeds in de hoogte
werden opgetrokken om, zoodoende, het bovenlicht te kunnen opvangen. Sedert
enkele jaren heeft men dit gezond bouwkundig begrip over boord gesmeten, het
vervangen door vensters die dwars door den gevel getrokken worden, die doen
denken aan de schuiven van een linnenkast, en die veel minder licht binnenlaten
dan de hoogopgetrokkenen, en ook een vloek zijn tegen de er naast liggende gebouwen.
Het toppunt van wansmaak werd nu bereikt met het kantoorgebouw der scheepvaart
maatschappij van Ommeren, opgericht op den halfrondenhoek der St. Paulus- en der
Lange Koepoortstraten, waar zich destijds de „Galeries St. Paul" bevonden.
Oorspronkelijk waren deze kantoren gevestigd in de ruime gebouwen der Zirkstraat 38,
waar, naderhand, een stadsschool werd ingebracht, en toen den naam droeg van
SELB 6 HUVERSTUHL, vertegenwoordigster der te Rotterdam verblijvende firma
PHILIPS VAN Ommeren, met o.m. de vaart op Japan onder den naam van „Nippon
Yusen Kaïsha". Maar, door het feit dat HUVERSTUHL een Duitscher was, werd
deze firma ontbonden en verhuisde ze, na den wereldoorlog, naar het Falconplein,
in een kantoorgebouw, „Commercial Building", waar verschillende handelsfirma's
in gevestigd zijn, en dat een tamelijk monumentaal uitzicht bezit.
Al wie nu voor deze glazenkast heeft gestaan, heeft zich onvermijdelijk moeten
afvragen, hoe het toch Godsmogelijk is geweest, dat, voor zoo'n monstergedrocht,
toelating tot bouwen werd verleend. In deze reuzenglazenkast, met achtmaal vijf,
of veertig vierkante vakken, met, langs den kant der Lange Koepoortstraat, een
glazen trapkast, dit alles gevat in stalen ramen van Hollandsch fabrikaat, doet
denken aan het afgebrande Crystal Palace van Londen of aan de palmenbroeikast
van Hannover. Want, als men op den overkant gaat staan, dan ziet men, bij
zonnig weder, er dwars doorheen de muren schemeren van de St. Pauluskerk
Iedereen die wat van het weerstandsvermogen van bouwmaterialen op de hoogte
is, weet, dat spiegelplas bitter weinig weerstand biedt tegen vorst en zonnestralen.
Het is dan ook te voorzien dat, bij den aanstaanden winter, de directeuren en de
talrijke kantoorbedienden hun wollen frakken zullen moeten aanhouden, willen ze
niet van koude bevriezen. Daartegenover staat dat, bij warme zomers, ze alles
zullen moeten uitspelen wat ze om het lichaam dragen. Beklagenswaardige
schepselen Gods
D: D. V.
Uit het blad .van onzen Vlaamschen broeder, de Vereeniging voor Natuur- en
Stedenschoon, knippen we bovenstaand opstel omdat dit ook voor de: Neder-
landsche steden leerzaam is. RED.