MEDEDEELINGEN VAN DEN BOND HEEMSCHUT
HEEMSCHUT
75
Het overlijden van den Voorzitter en de onrustige tijd hebben het Bestuur doen
besluiten de Algemeene Vergadering uit te stellen. De Algemeene Vergadering
behoort volgens de Statuten vroeg in het jaar plaats te hebben. Door verschillende
omstandigheden werd deze vergadering reeds tot na de vacantie uitgesteld, met
de gedachte dan naar Zwolle te gaan en er een excursie aan te verbinden, mede
om na de Zuidelijke bezoeken in Nederland ook eens wat Noordwaarts te gaan.
Daarvan kan nu niets komen. Niettemin moet er een Algemeene Vergadering
gehouden worden, niet alleen om aan de Statuten te voldoen, doch wegens de
benoodigde goedkeuring op enkele reglementaire zaken, waarbij de herziening van
het Huishoudelijk Reglement. Dit zal dan in 't eind van dit jaar kunnen geschieden,
wanneer de tijd daarvoor meer geschikt is dan nu. Want wanneer Nederland
mobiliseert en de spoorwegen voor militaire doeleinden opgevorderd zijn, hebben
de menschen wel aan iets anders te denken dan aan de Algemeene Vergadering
van den Bond Heemschut. Het Bestuur stelt zich daarom voor in het eind van
het jaar een sobere kamer-vergadering te Amsterdam te houden om aan de Wet
te voldoen en zoo mogelijk de Algemeene Vergadering 1940 vroeg in het jaar
in Zwolle te houden. Dit brengt tevens mede dat de leden en het Bestuur zich
kunnen beraden op de keuze van een nieuwen Voorzitter. Want het heeft bij
den Bond Heemschut steeds tot de goede gebruiken behoort, dat opengevallen
Bestuursfuncties niet onmiddellijk vervuld werden, uit beleefdheid en om gelegenheid
te geven tot beraad.
De ziekte en het overlijden van onzen Voorzitter, Mr. J. A. VAN SONSBEECK,
hebben medegebracht dat in de laatste weken geen nieuwe vraagstukken aan
gebonden werden. De daarop volgende mobilisatie en wat daarmede verband
houdt drongen Heemschut's werk op den achtergrond.
Rust, berusting en geduld! DE SECRETARIS.
Leert dan reizen
Met gepeizen
Naer pallaizen
Uit het slick
Dezer werrelt
Die zoo dwerrelt
Eeuwig gaet voor oogenblick.
J. v. d. Vondel.
