HEEMSCHUT 71 sproken wenschen, en dat ook tegen het toe te passen brugtype geen bezwaren kunnen worden ingebracht. Voorts hadden nog briefwisseling en besprekingen plaats over een rijwielpad in de gemeente Bergen, N.H., over een in de gemeente Wassenaar gelegen gedeelte van den nieuwen Provincialen weg in Zuid-Holland, terwijl nog besprekingen gaande zijn over den weg langs de Lopiker Wetering (Utrecht), en in de Bangert (N.H en over het nieuwe, beoosten Leiden-den Haag geprojecteerde gedeelte van den Rijksweg no. 1 Amsterdam-Rotterdam. Benzine'Stations. Tot den Minister van Waterstaat, en tot alle Colleges van Gedeputeerde Staten werd een adres gezonden met betrekking tot de benzine stations langs de wegen, waarin bepleit werd, dat de genoemde autoriteiten zullen bevorderen, dat betreffende het uiterlijkde vormen en de kleuren, en ook betreffende de plaatsing die stations, ten volle rekening zal worden gehouden met de nood zakelijke eischen van welstand en met een zoo goed mogelijke aanpassing aan het omringende landschap. Uit de verschillende hierop ontvangen antwoorden blijkt, dat in het algemeen de autoriteiten bereid zijn tot dit doel hun medewerking te verleenen, terwijl dat ook met de groote benzine-concerns het geval blijkt te zijn. Te hopen is, dat deze concerns er hun 'wederverkoopers eveneens toe zullen kunnen brengen, met deze eischen van welstand zoo goed mogelijk rekening te houden. Omtrent de autobelten zijn wij nog doende nadere gegevens te verzamelen omtrent den meest wenschelijken tekst voor een te ontwerpen modelverordening voor de gemeenten aangaande deze materie. Nota een waarschuwend woord"Gezien het gevaar, dat tengevolge van het vaak verkeerde gebruik van sierheesters, verstrekt door de Ned. Sierteelt Centrale, de smaak van het publiek ten opzichte van de beplantingen op den duur grondig zou worden bedorven, heeft de Commissie besloten een nota te doen samenstellen om trent de juiste keuze van de beplanting in het landschap. Met de opstelling dezer nota getiteld: „Een waarschuwend Woord", heeft zich belast ons medelid, Ir. G. A. OVERDIJKINK, die naar aller meening daarin voortreffelijk geslaagd is. Een ander punt, dat onze bijzondere aandacht had, was de landschappelijke be handeling van de Spoorwegen, hetgeen betrekking heeft zoowel op de spoorbanen in de steden als op die buiten de steden, in het vrije landschap; wat dit laatste betreft is van belang spoorweg gezien vanuit het omgevende landschap, én tevens het uitzicht op het landschap uit de treinen. Ook aan dit vraagstuk achtte onze Commissie het wenschelijk een studie te wijden. Ook hiermede heeft de Hr. OVERDIJKINK zich b.elast, en is hij uitstekend geslaagd. Een verder punt van bespreking van onze Commissie heeft gevormd de landschappe lijke behandeling van- de waterwegen, speciaal van de kanalen, dit vooral met het oog op de verschillende nieuwe nog te graven kanalen. Een kleine Commissie werd benoemd, om deze zaak in studie te nemen, en om ook daarover een nota te doen opstellen. Verder had onze aandacht de beplanting van de terreinen bij de nieuwe, nog in aanbouw zijnde en nog te bouwen kazernes; ook hierbij is, betreffende de juiste keuze van het plantmateriaal, het advies van een bekwaam tuinarchitect van veel belang te achten. Tertiaire wegen en zandwegen. Na ons in het vorig jaar aan alle Colleges van Gedeputeerde Staten verzonden adres, waarin wij dezen Colleges hebben verzocht, aan de landschappelijk-aesthetische verzorging van de tertiaire wegen in hun gewest, speciaal met het oog op de op handen zijnde verbeteringen, hun aandacht te willen besteden, heeft onze Commissie zich te dier zake ook gewend tot de Besturen van

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1939 | | pagina 13