108 HEEMSCHUT leert". Naar ik meen kan het zijn nut hebben, als ik tot slot eenige minder mooie letters weergeef, zooals ik deze meerdere malen heb gezien. En tóch waren deze soms geteekend of geschilderd door menschen, die meenden, dat hun werk aan behoorlijke eischen kon beantwoorden, ja zelfs als voor beeld gebruikt kon worden. Ten overvloede zal ik de euvelen aantoonen, alhoewel ik over tuigd ben, dat het overbodig is voor diegenen, die zelf in staat zijn de gebreken op te merken. Daarnaast laat ik een beteren lettervorm zien. De gebreken in de letter U (zie figuur 16) zijn: de twee dikke neerhalen staan te ver van elkaar. De beginkrul staat te dicht en gedrukt op den eersten grooten neerhaal en van deze krul zijn de voorste twee gelijkloopende bogen óók te dicht op elkaar. De voorkrul is niet ruim genoeg: de eindkrul evenzoo en de laatste kan gevoege lijk achterwege blijven. Ten aanzien van de letter F (zie figuur 17) is op te merken, dat de beginkrul te dicht op den grooten neerhaal staat en dat de ruimte tusschen de twee voorste bogen dezer krul te klein is. Voorts is het mooier, als de uitloop bovenaan de letter iets in omhooggaande richting ligt; in den grooten neerhaal het dikke gedeelte meer naar onder doorloopt (zie ook weer het begrip daarvan in figuur la) en, als deze neer haal niet eindigt in een peuterig krulletje, maar in een ovale punt of zoo mogelijk een flinke schrijfkrul. Het vlagje in het midden kan wat steviger en kan naar verkiezing met een zwaai onder de lijn uitgaan. Maak er echter geen spiraal van. Figuur 18: de letter H. De beginkrul boven aan reikt te laag en kan wat ruimer; de eerste groote neerhaal is hier als in de F. De tweede groote neerhaal (de C-vorm) loopt naar onder te snel weg en eindigt daardoor in een leelijke eindkrul. De krul, die onder de grondlijn begint, behoort er niet; het moet een sierlijk gebogen lijn zijn. Het korte haaltje tusschen de twee neerhalen is te dun en is geen mooie penseelstreek. Het kan eventueel ook achterwege blijven. -Figuur 19. Deze letter A is wijdbeens en mist alle sierlijkheid. Het beginkrulletje op de grondlijn doet wat min; een ovale punt doet het beter. Wil men toch een krul dan liever wat flinker en de eindkrul rechts wat ruimer. De groote haal, dwars door de beide beenen der letter, kruist deze veel te hoog en begint onder de lijn ook weer met een krul, die hier niet hoort. Deze groote haal kan zoo prachtig, zwierig door de letter loopen en moet ook aan het boveneinde ruim uitloopen, zonder in een spiraal te eindigen. Voorts nog eenige letters, waarbij mijn opmerkingen wel overbodig zijn. (Zie figuur 20). Ten zeerste hoop ik, dat door deze verhandeling de belangstelling voor de mooie schrijfletter wordt versterkt en dat velen de voldoening mogen smaken, door het beoefenen en in praktijk brengen der aanwijzingen, het karakter van hun penseel- schrift te veredelen. 20

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1938 | | pagina 15