HEEMSCHUT 45 met de verklaring van minister DECKERS, dat hij aan dit artikel bijzondere waarde hechtte, waarna het met 42 tegen 29 stemmen aangenomen werd. Onze vogelwet dan van 31 December 1936, staatsblad no. 700 met haren wel soms verbijsterenden overvloed van bepalingen .verbiedt in art. 28, 3, vallen, kooien, netten, strikken en lijmstokken tot het in massa vangen van beschermde vogels. Het verbiedt het vangen van kooivogels op Zondag en de algemeene christelijke feestdagen, die echter in den vangtijd, 15 October tot 15 December niet voorkomen, zoodat de vogels van deze bepaling geen voordeel hebben. Voorts mag men alleen tusschen zonsop- en ondergang op dit bedrijf uitgaan, niet als er sneeuw ligt en de vogels dus bij uitstek hongerig zijn, waarom wij gaarne ook vorst genoemd hadden gezien. Te midden van allerlei bepalingen, waarover zoo aanstonds, hebben bij het vaststellen der wet ook algemeene overwegingen gegolden b.v. dat eenden en watersnippen, die bij honderdduizenden gevangen worden, meer bescherming behoeven dan meeuwen, die geen .vijanden hebben. Tegen de gruwelijke bedreiging onzer zeevogels door de op het water uitgestorte olie valt helaas weinig te doen. Eene andere overweging was, dat weinig voorkomende vogels vooral bescherming verdienen. Waar b.v. de ekster, die het er helaas zelf soms naar maakt, sporadisch voorkomt, kan haar bescherming verleend en zij voor uitroeiing behoed worden, die immers iedere vogelvriend betreuren zou. Het einddoel van bescherming, zeggen onze schrijvers blz. 25 is, dat alle soorten zooveel mogelijk behouden blijven in de normale en natuurlijke verhoudingen. Zeker, maar daarnaast behoed worden tegen al het leed, den vogels door wreedheid, winzucht en onverstand van den mensch zoo overvloedig berokkend. Aan het einde dezer in majeur gestelde beschouwingen sta de welkome herinnering, dat buiten de wet om velen zich het vogellot liefderijk en practisch aantrekken. Voorts denken wij met vreugde aan de Vereeniging tot behoud van natuurmonumenten, die op hare terreinen immers ook de fauna en flora beschermt, zoodat b.v. op het groote Veluwe-complex weder haviken, bui-zerden, sperwers en valken veilig zijn, of in het Naardermeer lepelaar en purperreiger broeden, of allerlei vogels in De Beer, thans in beheer gegeven aan het natuurmonument De Beer. Aan dit alles te denken doet ons hart deugd. Wij zijn thans genaderd tot wat voor den leek-vogelvriend in de wet de raadselen zijn. Te weten de tallooze vergunningen, juridisch te verdedigen, voor den verbaasden leek even zoovele afwijkingen, vaak opheffingen van het beginsel bescherming. Geen raadsel is het befaamde artikel 15 van het vogelbesluit 1937, waarbij iemand met vergunning gebruik mag maken van netten 10 X 2. Dit strijdt zeker tegen art. 23, 3 der wet, dat verbiedt gebruik van netten voor massa-vangst conform art. 3 van de Parijsche conventie 1902. Daarom werden ook bij Kon. Besl. van 30 Sept. 1933 de maximum-maten der netten op 1X5 gebracht. Thans dus verviervoudigd. Dit kleine net doodde soms een enkelen vogel, wat kleiner kwaad was dan de massa's nu door het groote gevangen. Ook de vangtijd werd toen ingekort tot '1630 October (thans 15 Oct.1.5 December). Het is waar, dat in

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1938 | | pagina 11