EEN UNIEKE BEMALING VOOR HET NAGESLACHT BEHOUDEN 56 HEEMSCHUT DE DRIEMANSPOLDER ONDER ZOETERMEER EN STOMP WIJK In het jaar Onzes Heeren 1668 werd door de Staten van Holland Octrooi verleend tot het droogmaken van de plassen onder de gemeenten Zoeter- meer en Stompwijk aan Dokter ADRIANUS QUAK. Dit geschiedde op 23 Juni. De participanten lieten er geen gras over groeien. Onmid dellijk toog men aan het werk en op 27 Mei 1669 besloten de participanten om aan den nieuw .te bedijken polder den naam Driemanspolder te geven. Bij het Octrooi werd vergunning ver leend tot het stellen van molens, sluizen, duikers, tochten enz. zooals noodig werd geacht. Deze vergunning was zeer belangrijk, omdat hierdoor de participanten de macht verkregen om al de noodzakelijke kunstwerken te verrichten of te doen verrichten. Vele Nederlandsche Ingenieurs die in Engeland en in Italië gewerkt hebben aan het inpolderen van terreinen en voor de concessies alleen reeds groote sommen moesten betalen (waarbij Sir CORNELIUS VAN MUYDEN in Engeland) konden de vergunning voor het maken van de afzonderlijke noodzakelijke werken niet verkrijgen dan tegen zeer hooge sommen, hetgeen vaak de ondernemingen deed mislukken. In de vergadering van 20 Mei 1670 werd besloten grondig te onderzoeken, welke de meest geschikte plaats was voor het plaatsen van de te bouwen watermolens. Tevens werd in die zelfde vergadering besloten de nieuw te bouwen molens in het geheel publiek aan te besteden, en niet tot aankoop van het benoodigd hout over te gaan, en alleen het arbeids loon aan te besteden. Oorspronke lijk 5 Sept. 1670 was men van plan geweest de plassen te laten droogmaken door een 6-tal schroef-of vijzelmolens, doch wegens den water staatkundigen toestand werd op 12 Nov. 1670 besloten 7 schepradmolens te bouwen. Op 20 Mei 1670 werd de omslag der inpolderingskosten op Getrapte bemaling. De linksche is de ondermolen, de rechtsche is de bovenmolen van den Driemanspoldcr De middenmolen van den Driemanspolder

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1937 | | pagina 6