88
HEEMSCHUT
land bewoonbaar maken door het scheppen van nieuw
natuurschoon, men moet zooveel mogelijk van het oude
intact laten, zoowel wat het landschap in zijn geheel
betreft als met betrekking tot om hun floristische of
faunistische belangrijke terreinen. Wat de Natuur zelf
heeft doen ontstaan, draagt altijd een bekoorlijk karakter
het spreekt van de wording en vorming van onzen bodem
waar zich een rijke bloemenpracht of een interessante
vogelwereld bevindt, moet alles worden gedaan om deze
te behouden. Ze zijn voor velen meer waard dan een
schilderij, en hun beteekenis zal toenemen, nu de mensch
meer en meer recreatie in de vrije natuur zoekt. Steeds
zal dit meer en beter worden beseft. Waarom zou men
niet dadelijk, op de teekening reeds, ruimte laten voor
terreinen, waar de natuur zich vrij ontwikkelen kan?
Hier een stuk van een oude zandplaat, dat men rustig
voor de kluten en vischdief jes laat liggen een vreugde
voor het polderland! elders een rietmoeras, een per
ceel veenbosch of wat dan ook.
Is er in deze richting veel te doen, er zal in de toekomst ook veel aandacht noodig
zijn. voor hetgeen op allerlei punten langs het IJselmeer geschieden zal. Door
onnadenkendheid en onverschilligheid kan zooveel schoonheid verloren gaanDe
hoge diluviale oevers van het Gooi vormen een waar natuurmonument, langs de
Veluwe bevinden zich tal van aardige fragmenten. Men denke aan de oude Zuiderzee-
eilanden en de handhaving van hun karakter. Het probleem van de bemaling der
pieuwe polders is van bijzondere beteekenis. Kunnen de windmolens hier geen ruime
toepassing vinden, en daardoor tevens de schilderachtigheid van het nieuwe vlakke
land verhoogen? Kortom: de oude Zuiderzee biedt een bonte afwisseling van vele
heemschut-problemen, van welken kant men haar karakter ook beoordeelt. Want
wat men hier over natuurterreinen en molens vindt medegedeeld, geldt natuurlijk
ook voor de schoonheden op oudheidkundig en bouwkundig gebied; het betreft
hier de handhaving, eventueel verrijking, van een der fraaiste gedeelten van ons
vaderland.: de kustgebieden van de oude Zuiderzee. Dat men in engeren, weten-
schappelijken kring, de gedaanteverwisseling van dit deel van ons land met bijzondere
belangstelling volgt, blijkt uit de onderzoekingen van biologen, die de veranderingen
in het planten- en dierenleven bestudeeren, gegevens verzamelen over het aantal
soorten, over het verdwijnen van oude en het komen van nieuwe bewoners.
Het komt ons. voor, dat hier een dankbare taak voor alle wakers van de schoonheid
van Nederland is weggelegd. Niet alleen betreft het hier een dankbaar object voor
publieke opvoeding, ook practisch zal er veel goeds kunnen worden gedaan. Ik
meen, dat er alle reden is om een Zuiderzee-commissie op te richten, die voort
durend op den bres moet staan voor de bevordering der heemschut-gedachte in het
betrokken gebied. -Wanneer een dergelijke Commissie de cultuurtechnici ter zijde
kan staan, zou veel schoonheid kunnen blijven behouden, om nog maar van haar
propagandistische waarde te zwijgen. En ik hoop zeer, dat ook anderen deze
overtuiging zijn toegedaan, zoodat te rechter tijd handelend kan worden
op9etreden" F. KOSTER.
Een bewoner van de denne-
bosschen op den h o o g e n
Gooi-oever van het IJselmeer
