HEEMSCHUT 87
overheidslichamen kleine
meestal voor de schatten
der natuur, Wij denken hier
aan de vernieling van een be-
langrijk gedeelte van het Kam
pereiland met zijn ongewone
vogelfauna, een kostelijk
rietmoeras van het oude delta
land van den IJsel, wij denken
aan de afschuwelijke ontsiering
van het interessante kwelder-
gebied bij Huizen, waar men
een ijsbaan met de noodige
leelijke bouwsels heeft aange
legd, aan de buitendijksche
wilde hoekjes nabij Amsterdam,
waar volgens een uitbreidings
plan parkjes zullen komen, aan de excessen van allerlei watersport, aan de vuil-
storting in fraaie doorbraakkolken enz.
Behalve al hetgene, dat wij dagelijks voor onze oogen zien gebeuren, dient wel
met bijzondere aandacht te worden gelet op hetgeen geschieden zal. Ik neem aan,
dat minstens op gelijke wijze tusschen de technici en de beschermers van ons
landschapsschoon bij de inpoldering van andere stukken van het IJselmeer zal
worden samengewerkt als bij den Wieringermeerpolder het geval was. Het zou
wel aanbeveling verdienen, indien deze samenwerking veel eerder geschieden zou,
dat dus vooraf door terrein-verkenning, door onderzoek van de om hun planten-
en(of) dierenrijkdom waardevolle gedeelten, zou worden vastgelegd, wat bij de
technische voorbereiding op het papier diende te worden gespaard, als het maar
eenigszins kan. De ontwerpers en uitvoerders dienen jegens het verdwijnende
landschap dezelfde piëteit te koesteren als tegenover monumenten der geschiedenis.
Met denzelfden eerbied moeten de merkwaardige landschapsgedeelten worden
behandeld als de schilderijen van onze oude meesters door de kunstliefhebbers
worden behandeld. Het nuttige voorbeeld van de Vereeniging tot Behoud van
Natuurmonumenten, die reeds een paar waardevolle gedeelten onder haar hoede
heeft'genomen het Oude Mirdumer Klif, relict uit den Ijstijd, en het broedterrein
van meeuwen, sterns en weidevogels in den IJdoornpolder bij Durgerdam moge
hier 'inspireerend werken, en niet minder de zorgzaamheid, welke de Vereeniging
tot Bescherming van Vogels aan den dag legt door bedragen voor de bewaking
van belangrijke broedterreinen ter beschikking te stellen, zooals het Lems'terhop,
Workumer Nieuwland, het Kampereiland en den IJdoornpolder. Anders gezegd,
bij de inpoldering van nieuwe gedeelten van het IJselmeer moet jegens de natuur
schoonheid, welke er nu is, de piëteit worden betracht, welke onze natuur- en
vogelbeschermers bij hun werkzaamheid bezielt. Men moet niet alleen het nieuwe
Een idylle van het vogelleven in de
buitendijksche moerasjes van Durgerdam