MERKWAARDIGE ONTSIERENDE RECLAME 92 HEEMSCHUT Het vraagstuk der ontsierende reclame heeft van den aanvang van Heemschut's bestaan in de belangstelling gestaan. Reeds de eerste bladzijden van het eerste notulenboek van 1910 gewagen van optreden tegen plankenkoeien in het landschap, tegen borden in de weiden met aanbevelingen van schoensmeer, augurken en buiten- landsche reizen. Dat is nu alles voorbij want in alle Provincies zijn verordeningen tegen ontsierende reclame. Niettemin is de strijd tegen de ontsierende reclame nog lang niet ten einde. De verzekeringmaatschappijen hebben ontdekt dat de verorde ningen slechts betrekking hebben op het landelijk deel der Gemeenten en niet op de bebouwde kommen. Op uiterst onbeleefde wijze bederven zij steeds meer de schoonheid der dorpen. Leelijke borden worden met wagenvrachten verspreid om mede te deelen dat deze of die maatschappij sedert 1845 of 'n ander jaar bestaat. Zoovele verschillende zijn er reeds, dat men 't jaarcijfer niet onthouden kan voor 't geval men zich zou willen voornemen om bij de keuze van een verzekeringmaatschappij althans dien landschaps- en dorpsontsierder niet te nemen. Tegen dit euvel wordt op tweeërlei wijze opgetreden: een Gemeentelijke Verordening tegen ontsierende reclame of een verklaring van de Provincie dat het dorp zoo ruim gebouwd is dat het geheel landelijk is en onder de verordening valt. Bij dezen schier eindeloozen strijd tusschen brutaal winstbejag en schoonheidsbehoud moer veelal de humor den moed erin houden. Hiervoor nu zorgde dezer dagen een geval in de Gemeente Uitgeest. Daar, in het land genaamd Dijkerhemmen, gelegen tusschen de Buitenkrommenie en het Uitgeestermeer voelde de Onderlinge Zaansche Zeilvereeniging zich geroepen om een groot leelijk bord neer te zetten met het opschrift: Alcohol? Neen! Het duurde niet lang of er kwam een bord bij met: Bols? Ja! ElKen dag één glaasje. Natuurlijk werd Heemschut ervoor gespannen die ontsiering van den Uitgeester Meer weg te werken. Een beroep op den Provincialen Waterstaat leverde een verrassend resultaat. Het Boh'bord moest wegde eigenaar van den grond kreeg een brief het bord te verwijderen. Doet hij dat niet dan komt er wel iemand dit even doen. Doch het andere bord is geen aanbeveling voor koopwaar of iets dat daarop lijkt. Reclame tegen drankgebruik kan niet beschouwd worden als reclame in den zin der Provinciale Reclameverordening! Het Alcohol? Neen /-bord blijft dus staan. Echter werd door bemiddeling van het Gemeentebestuur van Uitgeest bereikt dat de Algemeene Nederlandsche Geheelonthoudersbond zich in verbinding stelt met de Onderlinge Zaansche Zeilvereeniging om dat leelijke plankenbord te doen verdwijnen. Wie tijd en gelegenheid heeft mag dan weer gaan zien wat ter plaatse het gevolg is van de samengestelde briefwisseling. Op zijn reis heen en 'n andere weg terug wordt hij dan weer lastig gevallen door de Utrechtsche van 1869, de Noord- Hollandsche van 1689, de Zeeuwsche van 1812 en de Nederlandsche van 1218. Ter afwisseling dan nog 'n minzame aanbeveling van benzine, autobanden en motorolie en ter opwekking hier en daar een autokerkhof met duidelijke aan bevelingen. Ter zijde van den weg, als 'n drenkeling in de sloot, een kinderfiguur die aanmoedigt tot meer melk drinken. A. K.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1936 | | pagina 10