HEEMSCHUT! HEEMSCHUT 39 onze Commissie hoopt en vertrouwt, dat zij, wanneer Heemschut eenmaal haar gouden feest zal mogen herdenken, het hare er toe zal hebben bijgedragen de groote en schoone Heemschutgedachte voor den Weg in het Landschap met succes overal ingang te hebben doen vinden, opdat de nakomelingschap met erkentelijkheid van haar werk zal mogen getuigen, dat W.I.L. in het belang van de bevordering van de schoonheid in ons mooie Nederland nuttig werkzaam zal zijn geweest. Met dien wensch gaat Heemschut en gaat W.I.L. blijde en vol vertrouwen de toekomst tegemoet. 's Hertogenbosch, Mei 1936. Mr. F. J. VAN LANSCHOT. Voorzitter der Commissie W.I.L. van den Bond Heemschut. HeemschutHet scheen wel een kreet, het wat vreemd aandoend woord, dat 25 jaar geleden menig vragenden blik wekte, echter, toen de beteekenis duidelijk werd, ook belangstelling trok van hen die ons land en zijn pracht lief hadden. Een kreet was het ook; een kreet van ontzetting, nu men zich bewust werd wat al onherstelbaar verloren ging een kreet ook om hulp om te behouden wat nog gespaard gebleven was. Een krijgskreet eveneens was het om te vechten legen nieuwe schennis en te scheppen nieuwe schoonheid. Het jonge „Heemschut" won vele vrienden, daaronder den A.N.W.B. Al wie in het toerisme zag het ontwikkelend, het opvoedend, het verheffend en veredelend element, voelde zich aangetrokken tot den strijd naast en in samenwerking met „Heemschut", opdat „ons heem" beschut zou worden, ons lieve mooie land bewaard voor verderen afbraakbewaard voor verwaarloozing, onttakeling van wat uitmaakt den luister onzer steden, de lieflijke eenvoud onzer dorpen, de heerlijkheid onzer velden en duinen, de sublieme schoonheid onzer wateren, meeren, plassen en vennen. Al dien tijd hebben toeristen den arbeid van Heemschut geloofd, hebben zij hun eigen oogen en harten geopend hebbend voor wat kunst en natuur aan schoons gewrocht hadden toegejuicht, dat Heemschut naarstig en doorzettend poogde de openbare meening te doen rijpen voor zijn strijd en de gezagsmannen van Land en Gewest, van stad en dorp warm te maken voor behoud van het mooi dat er is en voor het scheppen van schoon dat geboren kan worden. Ik heb dien strijd gevolgd niet alleen, maar persoonlijk en qualitate qua, als Voorzitter van den Toeristenbond, meegestreden en gestuwd. Mede stond ik in de bres; met kennis van zaken kan ik daarom „Heemschut" en zijn opvolgende Dagelijksch Bestuursleden, zijn Voorzitters en Secretarissen vooral, loven en huldigen, getuigenis gevend van den dank van den Koninklijken Toeristenbond A.N.W B. voor hetgeen gedaan is voor 's Lands hoogere goederen; blijk gevend van warme waardeering en oprechte erkentelijkheid voor wat Heemschut in de eerste kwart-eeuw van zijn bestaan heeft verricht» En nu, „Heemschut", met moed vooruit; Uw werk draagt goede vrucht, ver- hoogend het geluk van het beste deel van ons volk en heel ons Nederland ten zegen, den Haag, Mei 1936. EDO J. BERGSMA.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1936 | | pagina 7