DE OUDE TOREN VAN BLARICUM HEEMSCHUT 13 en geleverde werk in de hoop met deze voorbeelden nog eens de aandacht daarop te kunnen vestigen. Misschien kan nauwkeurig toezicht op afbraak van lei-materiaal van oude gebouwen en kerken in het bijzonder, bovendien ertoe bijdragen dat vondsten als bovenbeschreven (die menigmaal voor dateering belangrijk kunnen zijn) in de toekomst nog meer worden gedaan en bekend worden gemaakt. Tenslotte volge hier als een aanvulling van voormelde bijzondere leien nog een aanhaling uit een belangrijk boek, „de Baronie van Breda" door Dr. KALF,3) waar behandeld wordt het voormalig Kasteel Ypelaar in de Gemeente Ginneken en Bavel. „Op de plaats van het huis Ypelaar, aan den weg naar Bavel, staan thans de gebouwen van het klein-Seminarie van het Bisdom Breda. Bij eene herstelling van het dak van het oude huis, in 1824, vond een leidekker eene lei met het volgende opschrift: 1566 JAN DE WEEZE CORNELISZOON METSER VAN ANT WERPEN HEEFT HIER GEWOONT WEL VIER MAANDEN MET HANSKEN ZIJN ZOON, WANT OM TWOORT DES HEEREN MOSTEN HIJ UIT ANTWERPEN VLIEN, ALS MEN SCREEF MCCCCCLXVI. Deze lei berust thans in de verzameling van het Noordbrabantsch Genootschap te 's Hertogenbosch." (bl. 256.) Alkmaar, Januari 1936. Mr. J. BELONJE. De Gooische dorpen zijn vrijwel alle in het bezit van een eenvoudig kerkgebouw met toren van overeenkomend type. Deze bouwwerken dateeren uit de eerste jaren der 16e eeuw, het laat-Gothische tijdperk. Men vindt er een te Kortenhoef, een te Hilversum waarvan alleen de toren nog over is, een te Laren en een te Huizen. Zij bestaan uit een schip met choor en aan de Westzijde de hoofdingang met toren. De meeste dezer torens zijn in den loop der jaren door bliksemslag afgebrand en herbouwd. Het is merkwaardig" op te merken hoevele torens van binnen brandsporen vertoonen. Hoe zich zulk een brand gedraagt was eenige jaren geleden te zien te Zunderdorp Amsterdam-N. waar ook een dergelijk type toren was. Deze was al vroeger eens verbrand. Bij den tweeden brand bleef alleen de steenen schacht over. Zoo zal Blaricum's toren er ook uitgezien hebben na den brand in 't einde der 18e eeuw. Bij de herstelling van de spits werd toen de borstwering niet weder gemaakt, doch een dun ijzeren hek aangebracht en een vierkante spits met goot rondom. Deze spits werd gedekt met Rijndak leibedekking. Een schetsboekblaadje van schrijver dezes van den zomer 1915 bewijst dat toen deze schuine bedekking nog aanwezig was, heel wat aangenamer van aanzien dan Rijnsche dekking, vgl. A. A. KOK, architect „Oude en Nieuwe Leibedekkingen Heemschut XI, 1934, bl. 98 sqq Het gevonden voorwerp is thans in mijn bezit 2) Vgl A A KOK „De restauratie van het kerkje der Ned Herv Gem te Kloosterzande", Bouw kundig Weekblad 20/27 Dec. 1924. 3) De Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Dl. I N -Br., Ie stuk De voormalige Baronie van Breda, Dr. J KALF. Utrecht, 1912.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1936 | | pagina 7