68
HEEMSCHUT
Bestuur van den Bond, hetgeen inmiddels is geschied. Een analoog geval deed zich voor in
de gemeente Mook, waar zich langs de z.g. Bisselsche Baan, een fraaien landweg met
prachtige uitzichten op den Jansberg en het Reichswald, een lintbebouwing van zomerhuisjes
en dergelijke bouwsels begint te ontwikkelen. Waar het hier dus niet zoozeer ging om
wegaanleg of wegbehandeling als wel om de wijze en den aard van een zich daar ontwikke
lende bebouwing, werd ook hier besloten tot een adres uitgaande van den Bond Heemschut.
Een dergelijke zich op tactische overwegingen baseerende arbeidsverdeeling zal ook in de
toekomst wenschelijk zijn, te meer waar het contact en de samenwerking tusschen Vader en
dochter: Bond Heemschut en W.I.L., geacht moet worden voldoende gewaarborgd te zijn
door het feit, dat Voorzitter en Secretaris van de W.I.L. beiden tevens lid van het Bestuur
van den Bond zijn. <-
Na deze mededeeling over bemoeiingen met verschillende wegen, valt melding te maken
van de in Juli 1934 gehouden excursie in Drenthe, in samenwerking met de Prov. Vereen,
voor Vreemdelingenverkeer in die provincie, aan welke leerrijke excursie langs de Drenthsche
wegen een groot deel van onze leden heeft deelgenomen. Deze excursie werd gevolgd door
een met fraaie lichtbeelden verduidelijkte lezing, door onzen Voorzitter gehouden te Hoogeveen,
welke door vele vooraanstaande Drenthsche autoriteiten werd bijgewoond. Wat deze lezingen
betreft zoo moge met groote erkentelijkheid gewag worden gemaakt van het feit, dat onze
Voorzitter in den loop van het verslagjaar meerdere dergelijke lezingen in verschillende
deelen van ons land gehouden heeft, t.w. in 's Hertogenbosch 2 maal (w.o. eenmaal op den
Monumentendag), in Vlissingen, Hoogeveen, Almelo, den Haag. Voor het bijeenbrengen
van deze collectie lantaarnplaatjes heeft de Voorzitter de medewerking gehad van de
H.H. OvERDYKINK, KONING en van ondergeteekende.
Wat de door de Commissie uit te geven brochure aangaat, met het schrijven waarvan de
Heer OVERDYKINK zich belast heeft, zoo is deze brochure, en opk het daarbij behoorende
fotomateriaal, geheel gereed, evenals het voorwoord daarvoor van Dr. JAC. P. THYSSE.
Ik meen uit Uw aller naam te spreken wanneer ik hierbij hulde breng aan den Heer
OVERDYKINK voor de vele moeite, die hij zich voor deze aangelegenheid getroost heeft.
Wat de financiering van de uitgave der brochure betreft, zoo heeft de Heer DE BRUYN
op zich genomen om bij A. N. W. B. en de Ver. Het Ned. Wegencongres te trachten te
bereiken, dat deze organisaties de zorg daarvoor op zich zullen nemen; de bedoeling is dan,
dat de uitgave zal geschieden onder auspiciën van deze beide lichamen en van onze Commissie.
Volgens de laatste berichten zou deze financieringskwestie geregeld zijn.
Propaganda-vergadering tegen de Lintbebouwing. Ingevolge besluit van de vorige vergadering
heeft onze Commissie het initiatief genomen tot de voorbereiding van een openbare propaganda-
vergadering tegen de lintbebouwing, hetgeen speciaal urgent is geworden nu de Verkeerswet
tegen de lintbebouwing door de Eerste Kamer verworpen is. Behalve onze Commissie en de
Bond Heemschut zullen aan de organisatie van deze vergadering deelnemen de A. N. W. B.,
de Ver. Het Ned. Wegencongres, het Ned. Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw
en de Ver. van Ned. Gemeenten. De vergadering zal worden gehouden in de 2e helft van
October 1935, in den Haag. Twee leden onzer Commissie zullen als praeadviseur optreden,
t.w. onze Voorzitter en de Heer TALSMA; verder de Heer BAKKER SCHUT, terwijl betr.
een vierden praeadviseur nog overleg wordt gepleegd.
Rapport Bond van Ned. Tuinarchitecten (B. N.T.). Op verzoek van onze Commissie heeft
de B. N. T. eenigen tijd geleden een Studie-Commissie benoemd; de bedoeling daarbij was,
zooals de notulen van de vergadering onzer Commissie van 28 Oct. 1933 vermelden, dat de
landschapkundigen tot overeenstemming zouden komen over de algemeene principes en
richtlijnen bij de landschappelijke behandeling van de wegen in ons land. Van de leden van
onze Commissie W. I L. hadden in die studie-commissie zitting de H.H. TERSTEEG en
ROETERS VAN LENNEP en naderhand ook de Heer OVERDYKINK, die echter verhinderd
was aan de beraadslagingen deel te nemen. Deze studie-commissie nu heeft een rapport met
conclusies opgesteld, waarin de leden zich voorloopig bepaald hebben tot de soortenkeus van
beplantingen langs de wegen. Verder hebben wij besprekingen gevoerd met het Bestuur van
de Ver. van Ned. Gemeenten betreffende de mogelijkheid, dat voor de gemeenten in ons land,
met het oog op het vele werkverschaffingswerk en gezien den slechten financieelen toestand