OPENINGSREDE VAN DEN VOORZITTER 50 HEEMSCHUT Dames en Heeren, leden en donateurs van den Bond Heemschut, geintroduceerden en genoodigden, ik heet U allen in naam van het Bestuur van harte welkom in deze onze Jaarvergadering, en onder de genoodigden in het bizonder U Heer Voorzitter en mede bestuurderen van de Stichting Gooisch Natuurreservaat, die door Uwe aanwezigheid van Uwe belangstelling in het werk van Heemschut doet blijken. De vraag waar de Jaarvergadering plaats zal hebben is gemakkelijk te beantwoorden als maar eerst overeenstemming is verkregen over den aard van den practischen leergang, populair uitgedrukt het uitstapje, dat onze Vereeniging als zoovele andere tegenwoordig aan haar jaarlijksche bijeenkomst pleegt te verbinden. Willen wij bij onze leden en belangstellenden de Heemschutgedachte levendig houden en versterken, dan moeten wij hen met eigen oog laten aanschouwen de natuurmonumenten en de werken van geschiedenis en kunst, voor het behoud waarvan onze Bond nu al zooveel jaren strijd voert. Op een bezoek aan het Gooi en meer in het bizonder op een wandeling en een rijtoer in de bezittingen van het Gooisch Natuurreservaat is dit jaar de keuze gevallen. Die wandeling zou echter maar onvoldoende aan het doel beantwoorden als daaraan kundige en enthousiaste leiding zou ontbreken. Zoo mogen wij er ons dan ook ten zeerste over verheugen dat de Burgemeester van Bussum bereid is bevonden aan het hier bijeengekomen gezelschap als inleiding tot wat wij straks gaan zien, over het ontstaan van de Stichting Gooisch Natuurreservaat een en ander mede te deelen en dat de Heer BURDET, de rentmeester, gedurende den tocht de leiding op zich wil nemen. De Directeur der Gemeentewerken van Bussum zal Uwe aandacht vragen voor de belangwekkende nieuwe bebouwing van Bussum, en Blaricum's Burgemeester zal ons in zijn Gemeente tot gids zijn en ons langs vele der aantrekkelijke weggetjes met aanliggende boerenhuizingen voeren, voorbij de oude Ned. Herv. Kerk met den gerestaureerden toren, in de schaduw waarvan onze onvergetelijke medebestuurder POS zijn laatste rustplaats gevonden heeft. De Burgemeester van Laren zal U echter te voren tijdens de koffietafel iets vertellen van de legenden in het Gooi; kennis daarvan is, naar men zegt, gewenscht om de wijding van de plek van het St. Janskerkhof aan te voelen. Bij de tumuli zal de Heer RUST, archeoloog, van toelichting dienen. En om tenslotte te groote eenzijdigheid bij het onderwijs dat U vandaag gegeven wordt, te vermijden, zal de Heer TALSMA, Heemschutter en Burgemeester, na afhandeling van de verplichte agenda dezer vergadering, een causerie houden over verspreide bebouwing in het landschap, een onderwerp dat steeds dringender de aandacht vraagt nu de steeds toenemende trek naar buiten het platteland met systeem- looze bouwerij bedreigt. Vooruitloopende op het vele dat ons aldus geboden zal worden, wenscht het Bestuur nu reeds zijn erkentelijkheid te betuigen aan U allen, die door actief op dezen Heemschutdag op te treden de belangrijkheid daarvan zoo aanzienlijk helpt verhoogen. Een terugblik werpende op het jaar 1934 valt deze natuurlijk allereerst op de Heemschut tentoonstelling, welke van half Maart tot 3 Juni gehouden is. Het strekt den organisators tot groote voldoening dat algemeen de vakkundige indeeling en de smaakvolle schikking in de hal en bovengalerij van het Koloniaal Instituut geprezen werd. Door aan elk der deel nemende vereenigingen een, afzonderlijke stand ter beschikking te stellen bleek het mogelijk in een rondgang van betrekkelijk korten duur ook aan groepen van bezoekers, voor het meerendeel scholen, een goed inzicht te geven van wat elk harer op eigen gebied tracht te bereiken in het belang van het behoud der schoonheid van Nederland. De tentoonstellings nummers van ons Blad en een speciaal bijblad van het Algemeen Handelsblad dienden daarbij tevens tot gids. Het aantal bezoekers heeft dan ook, met ruim 18.000, onze aan vankelijke verwachtingen verre overtroffen. De plechtige opening door den Heer Commissaris der Koningin in de Provincie Noord-Holland, in tegenwoordigheid van den Minister van

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1935 | | pagina 4