HEEMSCHUT
3
of fragmentengebouw bedacht wordt. Doch wie zegt dat men bij een monument niet iets
aanbouwen mag als 't monument maar blijft. De Vondelkerk, dat is wat 'n Amsterdammer
noemt de Kerk van 't Heilige Hart in de Vondelstraat. Die is al eens een keer afgebrand
en door ClIYPERS toen weer opgebouwd. De vraag doet zich voor waarom uit het vele
werk dat deze bouwmeester naliet juist dit gekozen is. Het Paleishet oude Stadhuis op
deri Dam staat er niet op. Moeten we dat merkwaardig vinden of is dit monument boven
alle verordening en wet verheven. Vele bouwwerken die Gemeente-eigendom zijn vullen de
lijst; daarvoor zullen bij de bekendmaking geen bezwaren ingekomen zijn. Het eerst wordt
genoemd het Admiraliteitsgebouw, het Prinsenhof Daar is echter alleen nog maar de gevel
van over want bij de verbouwing van eenige jaren geleden werd dit gebouw geheel leeg
gebroken. Dit geeft tevens een inzicht van het eigenaardige begrip dat de Gemeente Amsterdam
van een monument heeft, alleen het uitwendig aanzien, niet het geheele organisme. Denk
daarbij aan het Spinhuis (Politie), het Prinsenhof (Stadhuis), de Vleeschhal (Giro) die alle
schoon leeggebroken werden en waarvan alleen de gevel bleef staan. Dit merkwaardig systeem
van restaureeren is eenig in geheel Nederland en niet genoeg af te keuren. De laatstgenoemde
Vleeschhal heeft men wijselijk niet op de lijst vermeld. De voor eenige jaren gerestau
reerde bouwwerken en gevels der Agnietenkapel, Militiezaal, Saaihal staan erop. Dat is best,
doch wie zou zich nu in z'n hoofd halen die af te breken. Dan komt heel Amsterdam in
verzet, met of zonder monumentenlijst.
Laten we nu ons oog dwalen langs en over de lijst, dan blijkt dat een groot deel is
Gemeentebezit en een groot deel eigendom der Ned. Herv. Gemeente. Deze instelling heeft
blijkbaar geen verzet aangeteekend tegen opname van haar "bouwwerken op de lijst en
daarmede een goed werk gedaan. Verder eenige eigendommen van de Vereeniging Hendrick
de Keyser, doch lang niet alle; deze objecten zijn echter reeds beschermd. Eenige Rijks
gebouwen staan op de lijst en dan velerlei kerkelijk bezit en hofjes, bouwwerken die soms
een kwade kans maken. Het Makelaarskantoor ontbreekt niet. Ook zien we erop het Accijns
huis en het Wijnkoopersgildehuis. Doch de particuliere huizen, beperken zich tot een matig
getal langs Singel, Heerengracht en Keizersgracht. Feitelijk zouden we punt voor punt de
lijst moeten doorgaan en bij elk een korte toelichting geven. Dan wordt het opstel voor
dit blad echter te groot. Beter doen we hieronder de lijst af te drukken. Ieder vinde er iets
op dat hem verheugt. Doch ook ieder zal iets tevergeefs zoeken wat hij zoo gaarne zag gespaard.
Slot van de overwegingen is dit: met de huidige Schoonheidscommissie en de Monumenten
verordening met Monumentenlijst er achteraan, is oud-Amsterdam heel goed veilig gesteld.
Hadden we echter geen Schoonheidscommissie, dan zou het stedenbederf van vroeger
ongestoord zijn gang gaan. Slechts zouden dan misschien enkele zeer bijzondere bouwwerken
gespaard blijven. Hadde men de Monumentenverordening 25 jaar vroeger gehad, dan zou
wellicht de N. Z. Kapel niet afgebroken zijn, alhoewel dat nog lang niet zeker zou zijn
geweest, gezien de vele invloeden die daarbij tepas kwamen en die met schoonheid niets te
maken hadden. Doch de tallooze fraaie oude woonhuisgevels die elk Amsterdammer met
verdriet heeft zien afbreken waren met de Monumentenlijst van nu toch niet gered.
Behoud van stedeschoon, de Heemschutgedachte, laat zich niet reglementeeren. De gedachte
moet voortkomen uit het volk zelf, uit den tijd en dan is wet en verordening slechts aan
vulling. En zoo gaat het thans te Amsterdam en zoo is men een heel eind op den goeden
weg. Behouden wat er aan schoonheid is. Opruimen van leelijkheden en zorgen dat wat er
nieuw komt zich passé in de omgeving.