COMMISSIE „DE WEG IN HET LANDSCHAP"—W.I.L.
HEEMSCHUT
7
van het duizendjarig bestaan van Hongarije in het stadpark heeft opgericht en die een beeld
moesten geven van de verschillende bouwstijlen in Hongarije. Oorspronkelijk'waren deze
gebouwen uit hout opgetrokken. Toen. zij echter eenmaal klaar waren, vielen zij zoozeer in
den smaak, dat men besloot, ze in pteen .te bouwen. Zoo vindt men hier eene copie van een
gedeelte van het stamslot der HlINYADl'S, de koningsfamilie, waartoe MATHIAS CORVINUS
behoorde, waarvan het origineel thans tot Roemeöië behoort, als voorbeeld van den gothischen
stijl in Hongarije, eene copie van $le kerk in Jaall, het reinste monument van RomaanscheA
kerkbouw in Hongarije, een gedeelte van een Esteljhazy-kasteel als voorbeeld- van Hongaarschè
barok en verder copieën van den renaissancestijl in Zevenbergen en Slowakije,, waarvan de
origineelen eveneens 'voor Hongarije zijn verlóren gegaan. Omdat deze gebouwen zich op
een eilapd bevinden midden'in het stadpark, waarop zich overigens ook het schoonste standbeeld
van de stad, dat van den geschiedschrijver ANONYMUS bevindt, vormen zij eene versiering
voor het stadsbeeld. 1 J' 1 j
Verder maakt men dan zekere, kinderziekten van de Heemschut door Zoo werd onlangs eene
oude patricische behuizing in barokstijl afgebroken,j^waarvan de ingang onder „Denkmalschutz','
stond. Het resultaat is, dat zich thans in dezejj straat eene moderne huurkazerne met vijf
étages verheft, waarvan de ingang het oude barokportaal vormt. En verder hebben wij hier
als gezegd plannen, die op geld en 'nog eens geld (';wachten.
Budapest, October 1933 A. J. VERBEEK VAN DER SANDE.
Sedert het vorige bericht over de werkzaamheden dder Commissie heeft zij aan al de Provinciale
Schoonheids- en Welstands-Commissies in ons land een adres gezonden, inhoudende een opwekking
om te komen tot de oprichting van een sub-comm'issie, t.w. een z.g. Landschaps-Commissie,
naar het voorbeeld van de Provinciale Schoonheidscommissie in Overijssel„Het Oversticht'-'.
Tot de taak van deze Landschaps-Commissie behoort o.m. het geven van adviezen inzake
de landschappelijke behandeling en verzorging van de wegen en hunne omgeving in de
Provincie Overijssel; reeds verschillende malen is door autoriteiten en ontginnings-maat-
schappijen haar advies ingewonnen, welke adviezen ook reeds verschillende malen practische
resultaten hebben opgeleverd. Het spreekt van zelf, dat dergelijke Landschaps-Commissies
ook in de andere provincies zeer nuttig werk zullea kunnen verrichten, in het bijzonder ook
op het gebied van de landschappelijke verzorging der wegen.
Verder heeft de Commissie „W.I.L." zich gewend tot het College van B. W. van de
gemeente Heiloo, om de wenschelijkheid te beplerten dat voor den aanleg en de beplanting
van den nieuwen weg Heiloode Egmonden hét advies zal worden ingeroepen van een
landschap-architect.
Een dergelijk ver?oek heeft de Commissie gericht tot den Directeur-Generaal van den
Waterstaat met betrekking tot-den aanleg van deq. nieuwen Rijksweg No. 26, van Utrecht naar
den Bosch, opdat bereikt zal kunnen worden niet^ alleen dat deze weg, die dwars door het
midden van Nederlaqd gaat en derhalve door duizenden zal worden gebruikt, aan zijn
verkeersdoeleinden zal beantwoorden, doch tevensf dat de schoonheid van het Nederlandsche
landschap er door zal worden verhoogd. In het adres wordt verder gewezen op de wensche
lijkheid, dat bij den wegaanleg eenerzijds zooveel imogelijk het karakter van het omringende
landschap in acht zal worden genomen, anderzijds naar de noodige afwisseling zal worden
gestreefd, opdat eentonigheid worde voorkomen eq het genot van het berijden van den weg,
zal worden bevorderd. Gewezen wordt daarbij ook op de wenschelijkheid om waar daarvoor
aanleiding en gelegenheid zal zijn, perceelstrooken fof perceelresten mede in de onteigening op
te nemen, die voor het bereiken van het bovengenoemde doel van waarde zullen kunnen zijn.
Verschillende gevallen van wegontsiering voor reclamedoeleinden zijn verder bij de-Commissie
in onderzoek.
jfUr
Naschrift der R-edactie. Het verheugt ons dat de Heer V. v. d S als Heemschutter in den vreemde.een
tweede artikel zond waarin iets medegedeeld wordt over het stijeven tot behoud der schoonheid in Budapest. Dit in
vervolg op het opstel in het Septembernummer van den tienden jaargang. Voor Nederlanders is wel hoogst merkwaardig
het maken van copieen van oude bouwwerken Wij houden daar niet van, beminnen de valsche antiquiteiten niet
In Midden-Europa denkt men daar blijkbaar anders over.