SS™,, HEEMSCHUT MAANDBLAD VAN DEN BOND HEEMSCHUT WAT HEEMSCHUT'S AANDACHT HAD BESCHERMVROUWE: H. M. DE KONINGIN* Telefoonstoring. Zoolang dit duurt is Heemschut te bereiken 21131, een nabijgelegen bouwkeet vanwaar de boodschappen overgebracht worden of aan 't woonhuisnummer van den Secretaris 2 018 4. Contributie. Den leden wordt beleefd verzocht hun contributie over 1934 te willen betalen in den loop van Januari op postgiro 1 2 4 3 2 6. Vestingwallen Doesburg. Hierover is in dit nummer een uitvoerig opstel. Deze zaak heeft de volle aandacht omdat vestingwerken steeds meer de belangstelling hebben en er in Nederland al zóóveel opgeruimd is dat er van elke^soort geen gaaf voorbeeld meer aanwezig is. Eyckenstein, het fraaie landgoed in 't Utrechtsche, dreigde verloren te gaan. De stichting het Utrechtsch Landschap tracht een obligatieleening te plaatsen die reeds voor een groot deel volteekend isadres Secretariaat Utrecht, Acliter St. Pieter 20. De heer A. H. HAARSMA VAN OUCOOP schreef een goede verhandeling over Eyckenstein, die echter tot 't Januari nummer moet blijven liggen. Tentoonstelling.- Alle aandacht is nu op de Heemschuttentoonstelling; wie iets wil inzenden wende zich tot den heer KONING. J Grachtdemping Monnikendam. Te Monnikendam blijkt men de schoonheid van 't oude lieve stadje niet te begrijpen, er niet veel voor te voelen. Er zijn enkele inwoners die dit wel aanvoelen doch hun getal is klein. Daarbij de werkverschaffing. Daarom zou gedempt worden de gracht langs Bloemendaal en Niesenoortsburgwal. Heemschut protesteerde. Al of niet ingevolge dit protest bezocht Monumentenzorg Mprinikendam'denkelijk wordt nu alleen de Niesenoortsburgwal gedempt. Omdat dan de waterloop dichtgezet wordt en aan het onderhoud der grachten niets gedaan wordt, zal later de andére gracht wel volgen. Was Heemschut's raad om in werkverschaffing de grachten op te knappen zoo dwaas, uitdiepen, schoeiingen, riolen, boomen. - Het gezonden adres luidde: Amsterdam, 20 October 1933. Aan het Gemeentebestuur van Moqnikendam. Edelachtbare Heeren, Van verschillende zijden werd onze aandacht gevestigd op de plannen tot grachtdemping in Uwe Gemeente. Dit heeft ons Bestuur aanleiding gegeven de bedoelde grachten tér^plaatse te gaan zien en Uw College het volgende mede te deelen en te raden. Naar wij vernamen heeft Uwe Gemeente geen uitbreidingsplan. Geheel het stadje Monnikendam binnen de oude vestinggracht is volgebouwd. Een bouwterrein is vrijwel nergens te vinden, behalve aan den nieuwen provincialen weg die langs het stadje in aanleg is, doch welke weg voor bebouwing ongeschikt is. Het ligt daarom voor de hand voor Uwe Gemeente een uitbreidingsplan te doen maken en mnaf wachting daarvan geen grachten te doen dempen. De grachten of sloten waar het om gaat blijken te zijnde gracht welke aan de Oostzijde heeft de kade genaamd Bloemendaal en aan de overzijde de achterzijde der erven van het Weezenland, de gracht langs de Niesenoortsburgwal en de sloot welke van deze gracht naar de oude Singelgracht leidt. De eerstgenoemde gracht is verwaarloosd, doch vraagt overigens niet om demping. Eertijds was dit een schilderachtige gracht. Tot voor eenige jaren was hier een sierlijke boomenrij die gerooid is. De schoeiing is vergaan, de gracht is in vele jaren niet schoongemaakt' Bij demping zal hier een overbodig plein ontstaan, een leelijke kale vlakte. Tevens zal een hoofdriool gemaakt moeten worden dat vele,jaren zal verzakken. De gracht langs de Niesenoortsburgwal is vervuild. Doordat hierlangs nieuwe huizen gekomen zijn met waterleiding en closets is deze gracht een open riool geworden. Ook hier is verwaarloozing zoowel van de oevers als inzake het schoonhouden der gracht. De sloot is eveneens vervuild en de oevers zijn verwaarloosd. Blijkbaar wil men deze "sloot niet dempen. Indien echter de voormelde grachten gedempt worden en verder niets gebeurt zal de sloot nog erger vervuilen. De duiker in den hoek bij het Jodenkerkhof is onvoldoende om een behoorlijke waterververschipg te doen ontstaan. Waarschijnlijk is een der beweegredenen voor de dempingsplannen werkverschaffing. Dit mede overwegende raden wij Uw College Een uitbreidingsplan met toebehooren voor Monnikendam te doen maken. De gracht langs de kade Bloemendaal niet te dempen, doch te doen schoonmaken, de schoeiing te doen vernieuwen, boomen te doen planten en de eigenaren der erven aan den overkant uit te noodigen hunne schoeiingen te doen herstellen en langs deze schoeiingen beplanting aan te brengen teneinde de rommelige getimmerten aan het oog te onttrekken of deze getimmerten op te ruimen. De gracht langs den Niesenoortsburgwal schoon te maken en de oevers te herstellen. De sloot schoon te maken en de oevers behoorlijk af te 'werken. Zoo mogelijk een riool te doen maken opdat het afvalwater uit de huizen niet- in de grachten komt. Wanneer deze raad wordt opgevolgd zal een belangrijke werkverschaffing in het leven geroepen worden en de schoonheid van Uw oude fraaie stad niet alleen behouden, doch belangrijk verhoogd worden. Met de meeste hoogachting, voor het Dag. Bestuur v. d. Bond Heemschut, Mr. J. A. VAN SONSBEECK, Voorzitter. A. A. KOK, Secretaris.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1933 | | pagina 3