32 HEEMSCHUT zouden loopen door een minderwaardigheidsidee geheel af te zakken, dat deze kinderen in den tuin ook wat presteeren, ook met trots sop hun werk kunnen neerzien, ook goede resultaten bereiken. Juist, deze kinderen hebben een; gepast gevoel van eigenwaarde zoo noodig. We zouden nu nog verder kunnen -«{ijzen op de voordeelen voor het onderwijs in de Natuurlijke Historie zelf, waaruit het vroegere saaie nu verdwenen is, op den steun van het in den tuin geleerde voor andere vakkenalgemeene ontwikkeling, aardrijkskunde! teekenen, we zouden kunnen betoogen, dat er voordeel in zit voor de gezondheid van het kind door de alzijdige spierbeweging bjjj, den arbeid in de frissche lucht, in de weldoende zon, we zouden kunnen opsommen de stoffelijke voordeelen (de oogst), de ontwikkeling van het schoonheidsgevoel door de wekelijks^he schat van bloemen, thuis keurig geschikt om de woonkamer op te vroolijken, doch uit de voorgaande opsomming zullen de lezers het mej: ons eens zijn, dat de opvoedkundige waarde van den schoolwerktuin voor ons volk van zeer groot belang is. Dat dit langzamerhand, meer en meer wordt erkend, nu ook in ons land, zouden wij in een overzicht van den g^oei kunnen aantoonen. Wellicht is het ons vergund in de volgende nummers met eenige kq^te^ publicaties de vooruitgang te laten zien. Alvorens over te gaan tot de andere middelen, waarmee we ons doel„belangstelling wekken voor de natuur", trachten te bereiken, willen we even stilstaan bij een uitlating van Dr. G. BROUWER in zijn voordracht,rop den Monumentendag in Juni 1931 te Groningen gehouden, waarin hij bij de ^iddelen qm de jeugd voor de Heemschutgedachte te winnen, ook noemde de school- en kindertuinen, doch daarbij de vrees uitsprak, dat „zij (de school- „werktuin) ook wel kunnen bewerken, dat de jongens en meisjes de planten, die zij kweeken, „vooral als het snijbloemen of landbouwgewassen zijn, uit utiliteitsoverwegingen gaan bekijken". We willen allereerst er op wijzen, dat een schoolwerktuin heel wat anders is, dan een bloementuin bij huis; deze kan als loutere versiering benut worden. De schoolwerktuin ligt in den regel aan den rand van de gemeente, buiten den bebouwden komde kinderen komen er 2, of 3 keer per week. Nu is er éénv yoorwaarde om bij kinderen belangstelling voor een zekere arbeid te blijven wekken en die is: te zorgen voor resultaat van den arbeid en dat resultaat zit in den oogst van 1 groenten, en bloemen. Doch daarnaast staat de idiëele waarde. De leider-opvoeder zal weten te bereikeg, dat de kinderen beseffen, dat het oogsten goed is, dat de zelfgekweekte bloemen, meegenomen worden om met de huisgenooten van haar weelde te genieten, doch dat het verkeerd is ,.te plukken om te vernielen, dat het slecht is „kapot te maken, wat bestemd is heel te zijrj". Dan zal de leider zijn kinderen, die met zorg en liefde hun plantjes hebben gekoesterd, ^gemakkelijk kunnen overtuigen, dat de beplantingen langs de wegen en straten, de plantsoenen en parken in de stad er niet zijn voor den enkeling, doch dat die het levensgeluk van de gemeenschap moeten verhoogen. Wanneer we nog even bedenken, dat bij de bespreking van ,den schoolwerktuin den nadruk werd gelegd op de opvoedkundige waarde, dan mogen wij y/el zeggen, dat de mogelijke nadeelen niet meetellen naast de groote voordeelen. In de tweede plaats wordt door dg Centrale Vereeniging propaganda gemaakt voor ,,Boomplantdagen"Hierbij wordt niet gedacht aan de zelfwerkzaamheid der kinderen, want het eigenlijke werk heeft niet veel te^beteekenen. Het werk toch: het maken van de plant- gaten, het aanvoeren van teelaarde en van het plantmateriaal, is te zwaar voor kinderen en het wordt dan ook vooruit door volwassenen uitgevoerd.; Zoo'n boomplantdag wordt alleen bedoeld als een opvoedingsmiddel in 't groot. De kinderen worden betrokken in het totstand- brengen van iets moois, van iets, dat yjp groot belang voor de gemeenschap is. Dat moet zóó geschieden, dat het een machtigen indruk maakt op het kind. De voorbereidingen op school, het instudeeren van een plantlied, het vervaardigen van een oorkonde, van opschriften, mee

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1933 | | pagina 10