W. I. L.
DE HEEMSCHUTTENTOONJSTELLING
HEEMSCHUT
15
n
De Commissie „de Weg in het Landschap'' W. I. L. heeft haar eerste vergadering gehouden
op Zaterdag 4 Februari, waar in groote trekken v^erd besproken het werkprogram, dat voor
deze Commissie wenschelijk en urgent is te achten. Aangezien hieromtrent verschillende
voorstellen werden gedaan, die een nadere bestudeering wenschelijk maakten, is voor dat
doel een viertal leden aangewezen, de heeren J. R7 KONING, Stadstuinarchitect te Amsterdam,
D. F. TERSTEEG, Tuinarchitect te Naarden, Ir^ G. A. OVERDYKINK, Houtvester Staats-
boschbeheer te Bilthoven en H. CLEYNDERT AZN.^e den Haag, die op de volgende vergadering
hun rapport zullen uitbrengen. fc
r'
De stand van zaken is dat de voorloopige leiding ^is bij den Voorzitter en den heer KONING.
Begonnen is een Eere-Comité te vormen waarvootf als Voorzitters zijn gevraagd Jhr. Mr. Dr.
A. ROÉLL, Commissaris'der Koningin in de Proviqcie N.-H. en Dr. W. DE VLUGT, Burge
meester van Amsterdam. Beide heeren hebben d^ welwillendheid gehad de uitnoodiging te
aanvaarden. Thans worden verschillende vooraanstaande personen, die voor een plaats in
het Eere-Comité in aanmerking komen, gevraagdf, benevens de Voorzitters van belangrijke
Nederlandsche Vereenigingen en van de buitenlandsphe Zustervereenigingen der Skandinavische
landen, van België en Zuid-Afrika.
Verder wordt een Werkcommissie gevormd die het eigenlijke werk der voorbereiding en
inrichting der Tentoonstelling doen zal.
In hetalgemeen is het de bedoeling inzendingen te verkrijgen niet uit musea, archieven,
bibliotheken, dus uit openbare en voor iedereenjjtoegankelijke verzamelingen, doch zooveel
mogelijk uit particulier bezit. Verder om inzendingen te verkrijgen van Vereenigingen die in
eenigerlei vorm de Heemschutgedachte dienen, hetzij de Vereenigingen die een bepaald
onderdeel als speciaal doel hebben, hetzij de plaatselijke Vereenigingen. In de eerste plaats
komen in aanmerking voor inzending de leden ypn Heemschut dus de Vereenigingen en
personen doch waartoe ook gerekend worden c|e Gemeentebesturen die gebruik maken of
maakten van het Adviesbureau. De buitenlandschg Zustervereenigingen, te weten Belgische,
Deensche, Zweedsche, Noorsche en Zuid-Afrikaapsche die voor inzending genoodigd zullen
worden, dienen eenigermate vrij gelaten te worden in de keuze hunner inzending-. Tenslotte
zal uit de rijke verzameling van het Koloniaal Instituut een inzicht verkregen kunnen worden
wat op Heemschutgebied in de Nederlandsche Koloniën geschiedt.
Het tentoonstellingsmateriaal zal in een catalogus geordend aangegeven worden, in de
volgende groepeering, voor elke groep en elke onderverdeeling steeds zoodanig, dat in
opvolging voorbeelden gegeven worden van goed-gud, slecht uit een tijd van inzinking, goed
uit een tijd van opleving. Gestreefd moet er naar jvorden niet alleen prent, boek of schilderij
ten toon te stellen, doch ook voorwerpen, groot en klein.
1
r*
r