10 HEEMSCHUT De ramen zijn van anderen vorm dan bij de vorige 't geval was en grooter. Op de hoeken der topgevels vindt men de uitgekraagdeshoekbekroningen welke waarschijnlijk in dezen vorm eene navolging zijn van de bij de grootere sloten toegepaste spiltorentjes. Deze Stins vertoont een 15den eeuwschen vorm en is in de geschiedenis bekend als de Hoogstins. Tusschen de dorpen Hardegarijp en Bergum ligt te midden van vrij hoog opgaand geboomte eene buurt Gaastmaburen genaamd. Ook hier stond vroeger de afgebeelde Grovestins, die in 't jaar 1829, na door den bliksem getroffen te zijn, is afgebrand en daarna geheel gesloopt. Deze Stins, waarvan we eene nadere beschrijving vinden in de Friesche Volksalmanak van't jaar 1838, wordt beschreven als hebbende een oppervlak van 21 X 26 voet en daarbij eene hoogte van ruim 50 voet, terwijl hij was opgetrokken van „oude friezen". Onder dit bouwwerk was ook een groote overwelfde kelder. Volgens een bij de afbraak gevonden jaartal zou hij gesticht zijn in 't jaar 1398. Een oude Stins te Poppingawier vertoont een grooter, geheel uit 't water opgetrokken, gebouw. De plattegrond bestaat hier uit een langwerpig vierkant met aan eene zijde een uitgebouwde vleugel. De kelderverdieping is weer voorzien van talrijke schietgaten. Deze Stins werd gebouwd in de 15e eeuw door een der leden van 't geslacht DOUMA en is later in 't bezit geweest van de familie ALBADA en draagt daarnaar dan ook de naam Albada-Stins. In de 15e eeuw blijft de benaming Stins algemeen gebruikt voor de woonverblijven der voorname geslachten; in deze eeuw wordt 't bewoonbaar oppervlak hoe langer hoe meer uitgebreid. Veelal zijn 't nog uit het "water opgetrokken gebouwen welke soms met een dubbele gracht en poort zijn omgeven. In de 16de eeuw worden de huizen dezer bewoners van Friesland meestal betiteld met de naam huis, waarvoor de familienaam is gevoegd, b.v. 't Juiwsmahuis te Wirdum, 't Tjaerdemahuis te Rinsumageest enz. en daarnaast vinden we den naam State voorkomend als Aytta-State te Swichum, Sytsema-State te Arum enz. Ook vinden we er enkele, meer met een duidelijker verdedigbaar karakter gebouwd, aangeduid met den naam burcht, b.v. Holdinga- burcht te Anjum. Wel hadden deze huizen in deze eeuw nog 't verdedigbaar karakter gehouden, doch 't oppervlak der gebouwen was veel grooter geworden. In 't begin der 16de eeuw zijn er vele der vroegere Stinsen en huizen door de Saksische en Geldersche troepen platgebrand en verwoest. Nadien, toen de macht der steden meer en meer toenam, zien we verschillende families hunne woonverblijven bouwen binnen de wallen dezer steden. Voor een langwerpig vierkant gebouw wordt nu een toren opgetrokken, waardoor men langs een spiltrap de woonverdiepingen kon bereiken en die trap tevens doorgevoerd tot in den top der toren, maakt deze geschikt voor uitzichttoren. jj In de 17de eeuw verliezen de woonverblijven dezer families hoe langer hoe meer't verdedig baar karakter, al blijven enkele oude vormen, die ontleend zijn aan dit karakter, toegepast. De gebouwen krijgen nu meer den vorm van^ 't voorname woonhuis en ze behouden de benaming van State of krijgen die van slot. De traditioneele gracht welke 't bezit omsluit blijft bewaard, doch de wallen worden nu omgevormd tot Singels, beplant met hoog opgaand geboomte. j v G. J. VEENSTRA. Van de echte Friesche Stinsen is dus slechts eén exemplaar bewaard, de Schierstms te Veenwouden. Deze is in vaste handen, eigendom van het bekende Popta-Gasthuis te Marssum en dus is het behoud verzekerd. Een bezoek ter plaatse in het voorjaar van 1932 leerde dat he't bouwwerk bewaakt wordt door de bewoners van het belendende aardige huis, met de Schierstms eén eigendom vormende. De hierbij gereproduceerde kleine foto's zijn een herinnering

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1933 | | pagina 12