HEEMSCHUT 99 deelen werden afgenomen, bijgemetseld, bijge voegd. De oude ankers werden weder aange bracht. Het jaarcijfer 1592 werd van daarop gestreken teer ontdaan en kwam voor den dag in gele steentjes. Met herstel van de houten blokgoten en houten regenwaterafvoer en schil derwerk in de Hollandsche kleuren van bent- heimer en groen was de gevel klaar. Eenmaal deze proefneming volbracht was de zooveel deugdelijker achtergevel minder moeilijk. Alleen bracht deze als eigenaardigheid dat hij naar buiten gedrukt moest worden en uit zichzelf te ver kon gaan. Toen beide toppen overeind stonden werden de pannen van het dak genomen en weer ordelijk gelegd. Het samenstel van spanten, gordingen, spanribben en panlatten is scheef gebleven en houdt de herinnering aan het gebeurde. Door eenige ferme schoren is gezorgd dat het huis het kunstje van schranken niet voor de tweede keer kan doen. Voor het Noord-Hollandsche land is de trapgevel vroeg-17e eeuwsch. Vrijwel geen vroeg- 17e eeuwsch huis zonder trapgevel. Dat wil zeggen de voorgevel. De achtergevel is steeds een tuitgevel, rechtlijnig en met vlechtingen. In dien achtergevel is dan in den regel de eenige versiering een spel in het metselwerk of een muizetandlijstje en een heel enkele keer duivegaten.0 Nu komt er echter kort vóór en kort na 1600 een type voor waartoe ons huisje behoort, te weten dubbelgezwenkt, met halverweeg een fries met pinakeltjes. Van dit soort zijn slechts enkele exemplaren bewaard. Er staan er twee te Monnikendam in het stille achterstraatje naast en tegenover het Weeshuis, er staat er een te Edam in de Kerkstraat halverweeg oostzijde; verder is een voorbeeld het oude Raadhuisje te Schoorl en waarlijk werd er een in 't Zuid-Hollandsche ontdekt, te Hillegom op het pleintje waar de oude pomp staat. Elk dezer huizen heeft als achtergevel een rechten tuitgevel met vlechtingen. Het huisje is dus een der weinig overgebleven voorbeelden van een Noord-Hollandsch type voorafgaande aan den trapgevel met deksteenen. Omdat vóór- en achtergevel en zijmuren een eenheid vormen en de kap echt oud is en ook de eiken zoldervloer, moet het geheele huis origineel zijn. Behalve natuurlijk het onderstuk van den voorgevel dat laat-18e eeuwsch is. De onderpui zal een groote houten pui zijn geweest in den geest van het bekende huisje „De Bonte Os" te Monnikendam. Doch overigens is het in zijn heele constructie 1592, halfsteens zijmuren van slechts 8 c M. dik, als steenen namaak van het houten schot geplaatst tegen muurstijlen met sleutelstukken. Binnen is dit alles nog verborgen achter behang en stuc. Zoo hier en daar komt er echter iets doorkijken dat het vermoeden van oorspronkelijkheid bevestigt. Zoodra de gelegenheid daartoe gunstig is wordt het huisje van binnen ontmantelt om er een oud-Hollandsch interieur van te maken. De herstelling werd tot stand gebracht met een Rijksbijdrage, waardoor op het pand tevens een soort servituut van onschendbaarheid gevestigd werd. Kleinere bijdragen verleenden nog de belangstellende Vereenigingen. Amsterdam, October 1932. A. A. KOK. Thans iets over de kunsthistorische waarde. Het Raadhuisje te Schoorl werd in het vorig jaar verplaatst en daarvoor afgebroken en weder opgebouwd. De achtergevel werd bij die gelegenheid veranderd van een tuitgevel in een trapgevel. Dit is fout, omdat de echte oude achtergevel een tuitgevel met vlechtingen was en omdat trapgevels als achtergevel bij dit type niet voorkomen. MONNIKENDAM. STADSBEELD MET SLUIS, WAAG, SPEELTOREN EN DE REEKS OUDE HUISJES WAARVAN HET MEEST LINKSCHE HET HUISJE VAN 1592 IS

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1932 | | pagina 7