DE MOLENS IN FRIESLAND 14 HEEMSCHUT Een verblijdend- verschijnsel is het, dat de publieke belangstelling groeit voor de pogingen om de schoonheid van stad en land te bewaren. Ook in Friesland wint deze beweging meer en meer veld. Een der het platteland meest versierende deelen is wel de molen. Dit zich bij het landschap zoo fraai aansluitend utiliteitsbouwwerk, met zijn fraaie vormen en goede verhoudingen, is hier nog in grooten getale te vinden. In den loop der tijden zijn in deze provincie helaas vele der oude molens, welke gedurende eeuwen onze voorgangers hebben geholpen om de welvaart van 't platteland te verhoogen, gesloopt. In de laatste jaren zijn door de uitbreiding van het electrisch bedrijf, dat met zijn net, wat over de geheele provincie is verspreid en dat op tal van plaatsen het landschap en de dorpen heeft ontsierd, vele watermolens, welke eens een sieraad van 't vlakke polderland vormden, verdwenen. Vele polderbesturen, die vroeger door het bezit van molens onafhankelijk waren, wat betreft de energie, zijn door het opruimen van hunne molens thans geheel afhankelijk geworden van de overheidsbedrijven, dus van krachtbronnen welke zij niet meer beheerschen. Om medewerking van de massa te verkrijgen tot 't behoud van de schoonheid van het landschap is het noodzakelijk hen de schoonheid aan te wijzen en in afbeelding te toonen. Bij de molens is het wenschelijk hen er tevens op te wijzen, dat het niet alleen het schoonheids- vraagstuk is dat door de Vereeniging ,,De Hollandsche Molen" wordt gediend, doch dat ook in deze malaisetijd, welke in 't bijzonder drukt op den landbouw en de veeteelt in deze provincie, op oeconomische gronden het behoud van de bestaande molens te verdedigen is. De hierbij afgebeelde molen, de watermolen „De Eendracht", staat aan de Ried in het waterschap „De Riedpolder" liggende onder het dorp Wijnaldum even ten Noorden van den spoorlijn Leeuwarden—Harlingen. De molen met het eenvoudige molonaarshuisje en 't witgeverfde smalle toegangsbrugje, wier silhouet, vooral verlevendigd door de wieken, zich in het polderland zoo krachtig tegen de lucht afteekent vormt een fraai accent in 't vlakke landschap. Volgens 't opschrift is de molen in 't jaar 1802 gebouwd Vroeger was hij het eigendom van de Ned. Herv. Gemeente in dit dorp en diende in hoofdzaak om de nabijgelegen eigendommen der kerk van 't overtollige water te ontlasten. Bij de oprichting van het waterschap werd de molen door het polderbestuur overgenomen. In de laatste jaren deed zich echter 't gebrek voor, dat hij vrij zwaar liep en wel door verzakking van enkele deelen van 't drijfwerk. Naast dit gebrek was het 't drijfwerk beschuttende gedeelte ook aan eene herstelling toe. Om de hooge kosten welke deze her stelling volgens opgemaakte berekening zou moeten kosten, gevoelde het bestuur en de ingelanden er weinig voor om hem grondig te herstellen. Men overwoog het plan om hem af te breken en te vervangen door ,een ijzeren windmotor, zooals deze polder er reeds één bezat en welke even ten Zuiden van 't nabijgelegen dorp Midlum geplaatst is. De kosten- begrooting hiervan wees ook een belangrijk bedrag aan. In overleg met den molenmaker der polder, den heer K. WESTRA te Franeker, stelde men zich in verbinding met de Vereeniging „De Hollandsche Molen" en de technische adviseur der Vereeniging, de heer A. J. DEKKER, molenbouwer en waterbouwkundige te Leiden ried hen aan om de wieken der molen te verbeteren en de wieken-as te voorzien van een stel rollagers.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1932 | | pagina 4