UIT DE GRUWELKAMER DER BOUWKUNST 12 HEEMSCHUT welker eenvoudige architectuur zoo gunstg afsteekt bij die der moderne druk doende en veelal slecht geproportioneerde boerderijen, dat de plattelander oog bezat voor verhouding in lijn en kleur dus gevoel voor schoonheid. Dit laatste spreekt verder zeer duidelijk uit de verschillende soorten boerenwagens, de kleederdrachten enz. Helaas deze mooie, den mensch boven het alledaagsche verheffende eigenschap, is zoo goed als geheel verdwenen op het platteland". Vervolgens stelt schrijver zich de vraag waarom de landbouw toch steeds en steeds weer de schoonheid van zich afstaat. Het antwoord daarop luidt „Omdat de aesthetica zich nog steeds niet heeft kunnen ontworstelen aan de negotie welke haar van de zijde der officieele en niet officieele vertegenwoordigers der landbouw ten deel valt, omdat door hen blijkbaar niet wordt ingezien dat een nauw verbinden van den een aan de ander, den landbouw slechts ten goede kan komen, ja een zegen voor hem kan worden". Op een congres in Weenen en een in Luik werd dit vraagstuk ter sprake gebracht, werd ook door Hollandsche sprekers dit onderwerp behandeld. De slotsom van beiden is instellen van Cultureele Consulentschappen. Schrijver zou de leiders van deze consulentschappen willen vormen op de Landbouw Hoogeschool te Wageningen. Alleen aesthetisch inzicht van den landbouwer zal hem van zijn blindheid genezen en hem, de hem altijd omringende natuur doen ontdekken en de schoonheid ervan doen inzien. Wanneer hij eenmaal deze schoonheid ontdekt heeft dan staat de weg open voor zijn verdere aesthetische ontwikkeling. Twee Friesche vrouwen, Mevrouw A. C. WlERSMARlSSELADA en Mej. H. VAN DER HEIDE hebben in ons land den stoot gegeven tot de stichting van een Volkshoogeschool te geraken. Voorloopig voor de drie Noordelijke provincies, Groningen, Friesland en Drente. Met den wensch dat deze roepstem uit het Noorden door moge dringen tot de landbouwautoriteiten en tot de collegezalen van den Landbouw Hoogeschool, besluit de schrijver dit zeer belang rijke opstel, v. R. TAFEREEL NO. 3 EGMOND AAN ZEE; DE STRANDBOULEVARD

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2023 | 1931 | | pagina 12