HEEMSCHUT 3 PARK „DEN BRAND" BIJ ANTWERPEN hebben betoogd, dat zij na enkele generaties zouden uitsterven, ware het niet dat een gestadige toevoer van levenwekkende elementen van het platteland gedurig nieuw en gezond bloed bracht. Wij moeten er ons dan ook niet over verwonderen, dat in de laatste jaren, als reactie, een steeds sterker wordende drang naar de natuur en het vrije natuurleven, in veler harten wakker is geworden. Deze drang echter zal nooit "meer volkomen kunnen bevredigd worden. De indeeling onzer samenleving verzet er zich tegen. Al wat men mag doen kan om er aan tegemoet te komen is hier en daar een stuk natuur als reservaat vast te leggen en vooral, ook in de steden, de natuur binnen te brengen. Dit is een hoofdzaak, ik zou wel mogen zeggen een levensbehoefte. Brengen van de natuur in de stad, is brengen van leven en levende schoonheid tusschen doode muren; hét is ook het brengen van gezondheid en van sterkte aan millioenen menschen die, onbewust, denken liet zonder haar te kunnen stellen, maar op een schoonen dag ervaren, zeer dikwijls te laat, hoe gruwelijk mis zij het voor hadden. Dit aanvoeren van natuurschoon in de stad kan gebeuren op verschillende manieren; door boomengroepen, door lanen, door squares. Een middel echter slechts geeft voldoeninghet openbaar park. De lanen of „boulevards", wij treffen ze reeds aan te Parijs, onder LODEWIJK XIV toen de stad met een gordel van boomen omslotèn werd. Thans nog bestaan boomen van deze in dien tijd genoemde „groote boulevards". Iedereen kent er trouwens den thans nog bestaanden „Cours la Reine", welke tesamen met de Tuilleriën en de zich aansluitende „Champs Elyséés", als een der mondaine wandelingen van Parijs geldt. Het openbaar park vinden wij al eeuwen terug, rond 1634, te Londen. In dit jaar toch werd het Hyde Park toegankelijk gesteld voor het publiek. Later, te Parijs, in de z.g. Koninklijke Parken, aangelegd door den gekenden landschapsarchitekt LENOTRE, die niet slechts dit groote stuk gestyleerd landschap van de Louvre tot de Groote Sterrenplaats

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1931 | | pagina 5