Alleen als dit geschiedt, is een zoo kostbare herstelling gewettigd. Het houtwerk van den koepel is geheel met zwaar lood bekleed. In den koepel hangen twee klokken. Op de grootste vindt men het volgende rand schrift: „In 't jaar onzes Heeren 1648 heeft mij JACOB NOTEMAN gegoten in Leeuwarden voor Harlingen", terwijl het opschrift der kleine klok luidt: „PETRUS OVERNEY me Fecit. Leeuwarden Ao 1684". Tegen den gevel vindt men een steen aangebracht, welke zich vroeger bevond boven den ingang van de voor malige Westerkerk te Harlingen. Hij geeft eene voorstelling van de stedemaagd, die in de rechterhand een weegschaal heeft en met een speer de aan haar voeten liggende draak doodt; naast haar staat het wapen der Gemeente Harlingen. Tegen den toren is ook een zonnewijzer aange bracht, waarop het jaartal DCCCXXXVII staat. Treden we door den toegangsdeur den toren binnen dan staan we direct voor een trap, een van baksteen gemetselde spiltrap, waarvan de treden in lateren tijd met hout bekleed zijn. De trap heeft een geprofileerde spil, welke door zijn vorm geving nog de invloed der Gothiek ver raadt, De opgang wordt van boven ge sloten door een op ribben rustend gewelf Van helder roode kleine baksteen. Dit metselwerk binnen in den toren is in den loop der tijden door bepleistering en door de teerkwast ontsierd. Volgens „de tegenwoordige staat" deel 2 bladz. 599 was men in 1586 reeds van plan om in den toren een klokkenspel aan te'brengen, dit plan kwam niet tot uitvoering. In 1647 besloot men naast twee grootere klokken een klein klokkenspel in den toren op te hangen. In verband met de hiervoor benoodigde gelden liet men ook nu het klokkenspel eerst achterwege en zoodoende heeft deze open toren nooit het gedachte klokkenspel gekregen. Misschien zijn er nu: gefortuneerde Harlingers, die er na de torenherstelling voor gevoelen de stad het lang verwachte klokkenspel te schenken. De gelegenheid is er gunstig voor en voor dè toren ware het te wenschen. GEVEL AAN DE VOORSTRAAT VAN HET STADHUIS TE HARLINGEN Leeuwarden. G. J. VEENSTRA, architect. I Ks»*::

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1930 | | pagina 5